Rabat
Van Rabat naar Fes
Zaterdag 23 maart Rabat-Fès
Net buiten de stadsmuren van Rabat ligt Chellah,de dodenstad van de Merinieden die je meevoert naar een landelijke en betoverende wereld.Twee achthoekige torens flankeren de toegangspoort.Daarachter woekeren struiken en bloemen tussen de resten van het Romeinse Sala.Het bijzondere aan deze plek is dat je er rustig een paar uur in kunt vertoefen.Een picnic op deze plek zou niet misstaan.En het meest bijzondere aan deze plek is de hoeveelheid ooievaars die hun nesten hebben gebouwd in de bomen en op de minaret.Een lust voor de oog van de camara.
Na deze bijzondere plek vervolgen we onze weg naar Fès, ongeveer 200 km rijden vanaf Rabat over de P1.Na een tussenstop in Khemmisset, waar volgens ons boekje vele standjes aan weerszijden van de weg aardewerk verkopen maar die we niet hebben gevonden,arriveerden we in Fès.Op zoek naar het hotel die het ANWB boekje ons aanraadde stuitte we op een prima hotel met een zwembad en parkeerplaats voor de deur,waar we natuurlijk gelijk werden belaagd door parkeerwachters¿die voor 10 dirham ( 10 eurocent ) je auto in de gaten houden.
Het hotel lag wel redelijk ver uit de stad en aangezien ze in de taxi maar max.3 personen mogen vervoeren pakten we de auto maar om richting stad te gaan.
Fès zien en sterven,zo schijnen vele gezegd te hebben.Als eerste reden we naar Palais Jamai,hier moet je heen als je eens vorstelijk wil overnachten.Prijzen tussen de 400 euro voor een gewone 2 pk en 4000 euro voor de koninklijke suite ben je wel kwijt voor een nacht maar dan zit je wel als een prinsesje.Voor dat geld zit je wel in een smaakvol ingericht oud paleis met een weelderige tuin met zwembad.Op de benedenverdieping een sprookjesachtige hammam die wij als reisagent mochten bezoeken maar waar alleen gasten gebruik van mogen maken.Vanuit het hotel wandel je zo de medina,een perfect locatie dus alleen niet voor onze portemonnee.De binnenstad heeft wel 14 poorten waarvan de Bab Boujeloud de mooiste is,in 1913 gebouwd met schitterende majolicategels versierd.Vanuit hier wandel je de medina in waar weer alles een eigen leven lijdt.Er wordt aangeraden om de medina te bezoeken met een gids omdat je de weg kwijt raakt in de wirwar van kleine straatjes en steegjes maar het is te doen.Veel herkenningspunten brengen je weer terug vanwaar je gestart bent.Je wordt wel van alle kanten aangesproken om je te begeleiden maar als je kenbaar maakt dat je daar geen gebruik van wilt maken laten ze je ook met rust.
Als toerist moet je natuurlijk een hammam (badhuis) hebben bezocht.Via de schoonmaaksters van ons hotel wisten we dat er bij ons hotel eentje in de buurt was.Dus via veel gevraag werden we door 2 dames bij de hammam gebracht.Na wat informatie te hebben gekregen wisten we een beetje wat ons te wachten stond.Binnen gekomen moesten we natuurlijk alles uitttrekken en in onderbroek brachten ze ons naar het badhuis.Een ieder van ons had een eigen dame die ons met handen en voeten duidelijk maakte wat we moesten doen.Een hilarisch schouwspel moet het zijn geweest.Wij als groentjes op de grond,de dames hangend boven ons,onze rug,benen en billen werden fijn onder handen genomen met hier en daar een fikse massage.Ondertussen gierend en gillend lagen we daar op de warme granieten vloer.Een ieder van ons kreeg een aparte behandeling.Nadat we werden ingezeepd met hotelzeepjes die andere toeristen hadden meegenomen eindigde dit bad met een koude emmer water over ons heen en moesten we wegwezen.Dit alles had binnen 15 minuten plaatsgevonden.Één wel hele bijzondere ervaring rijker.