Vakantie in Extremadura: 8 tips voor de onbekende parel van Zuid-Spanje
Extremadura voelt als een onontdekte frontier. Het toerisme dat elders in Spanje niet meer weg te denken is, staat hier nog in de kinderschoenen en de kans is groot dat die schoenmaat over tien jaar nog steeds niet gevuld is. De regio, die grenst aan Portugal en zijn naam dankt aan de extreme ligging ten opzichte van de Douro-rivier, is een land van extremen: geniet van de ruige natuur, steden met een groots verleden en spectaculaire staaltjes architectuur.
1. Onthaast in de dehesa
Het unieke dehesa-landschap van Extremadura. Foto: Getty Images.
Extremadura is qua oppervlakte vergelijkbaar met Nederland, maar telt slechts 1 miljoen inwoners. Buiten de stadjes en dorpjes vind je meteen natuur en weldadige stilte. Ongeveer een derde van het gebied bestaat uit dehesa, weilanden met kurk- en steeneiken. Deze laatste stukjes mediterraan bos zijn al duizenden jaren door de mens gevormd. Lage begroeiing en struikgewas werden verwijderd om graasland voor kleinschalige veeteelt te creëren, wat een uniek ecosysteem opleverde. De kleur van het landschap verandert mee met de seizoenen. Een uitgebreid netwerk van paden nodigt je uit om de dehesa zelf te ontdekken.
2. Duik in het Romeinse verleden
Het magnifieke Teatro Romano in Mérida.
Extremadura maakte al vóór het begin van de jaartelling deel uit van het Romeinse Rijk. De provincie heette Hispania Lusitania en was toegankelijk via de handelsroute Via de La Plata. De regio is bezaaid met imposante Romeinse overblijfselen die nauwelijks bezocht worden. Aanraders zijn de ruïnes van de Romeinse theaters in Medellín en Regina, die tot de mooiste van Spanje behoren. De absolute must-see is de stad Mérida, gesticht door keizer Augustus en een belangrijk centrum van het Romeinse Rijk. Bezoek het goed bewaarde Teatro Romano, waar zelfs weer voorstellingen worden gegeven. In de buurt ligt het museum over de Romeinse tijd van Mérida, met drie etages vol voorwerpen, beelden en mozaïeken. Ook de Puente Romano, een brug van 792 meter over de Guadiana-rivier, is de moeite waard.
3. Bewonder gieren en een fonkelende sterrenhemel in Monfragüe
Monfragüe is één van de beste plekken in Spanje om de sterrenhemel te bewonderen. Foto: Getty Images.
Extremadura is een paradijs voor vogelaars. Vogels in alle soorten en maten zoeken hun toevlucht in de sierras, rotsige heuvels en de dehesas. Vooral de vele gieren, waaronder vale gieren, aasgieren en monniksgieren, zijn imposante verschijningen. In Nationaal Park Monfragüe kun je deze roofvogels van dichtbij zien, vanaf uitkijkpunten zoals de Mirador del Salto del Gitano. Hier kun je ook fantastisch sterrenkijken. Het park is genomineerd als een Dark Sky Park, waar de nachtelijke hemel vrij is van lichtvervuiling. In Torrejón el Rubio, Arroyo Malvecino en Casas de Miravete zijn observatoria om de sterren nog beter te bewonderen. Monfragüe is gratis te bezoeken en wordt druk bezocht. Voor een intiemere ervaring volg je een van de vele wandeltrails.
4. Ontdek het Zwarte Goud
Jamón ibérico de bellota is een culinaire specialiteit van Extremadura. Foto: Mike Tesselaar.
De inwoners van Extremadura zijn trots op hun afkomst en hun geboortegrond. Hun streekproducten zoals wijnen, kazen en jamón ibérico de bellota, ook wel bekend als het Zwarte Goud, zijn beroemd. Deze kostbare ham heeft een beschermde oorsprongsbenaming en mag binnen de EU niet worden nagemaakt. Het speciale dieet van de varkens, bestaande uit vers gevallen eikeltjes, maakt de ham uniek. Het droogproces kan jaren duren en één gedroogde achterpoot kost al gauw vijfhonderd euro. Voor een unieke, op jamón geïnspireerde roadtrip volg je de Ruta del Ibérico. In Monesterio ligt het Museo del Jamón de Monesterio, volledig gewijd aan het Zwarte Goud.
5. Beklim een Moors fort
De wachttoren van de Alcazaba, oftewel het Moorse fort, van Badajoz. Foto: Getty Images.
Net als de Romeinen hebben de Moren, die de regio in de zevende eeuw veroverden, een groot stempel op Extremadura gedrukt. De grootste blikvangers zijn de alcazabas, de forten die de Moorse overheersers op heuvels en andere strategische plekken bouwden. Bijzonder indrukwekkend zijn de Alcazaba van de steden Mérida en Badajoz. Badajoz ligt slechts zes kilometer van de Portugese grens en was eeuwenlang het strijdtoneel van oorlogen. Het fort werd gebouwd in de negende eeuw en is verrassend goed bewaard gebleven. Je kunt hier heerlijk wandelen over de muren en door de tuinen. Speciale vermelding verdient de fotogenieke Torre de Espantaperros, een twaalfde-eeuwse wachttoren.
6. Maak een bedevaartstocht naar het klooster van Guadalupe
Het klooster van Guadalupe is een fascinerende mix van architectonische stijlen. Foto's: Mike Tesselaar.
Het klooster van Guadalupe, officieel het Real Monasterio de Nuestra Señora de Guadalupe, is een architectonisch juweel en Unesco-Werelderfgoed sinds 1993. De bouw duurde meer dan drie eeuwen, wat resulteerde in een mix van gotische, renaissance-, mudéjar-, barok- en neoklassieke stijlen. Het klooster is een belangrijk bedevaartsoord. Onder de bekendste bezoekers bevond zich Christoffel Columbus, die hier in 1486 en 1489 door het katholieke koningspaar Ferdinand en Isabella werd ontvangen. Columbus overtuigde hen zijn zeereis naar de Nieuwe Wereld te financieren. De ontstaanslegende van het klooster is al even kleurrijk. Het verhaal gaat dat een herder zijn vermiste koe levenloos op het terrein aantrof waar nu het klooster staat. Toen hij een kruis op het dier maakte, verscheen Onze-Lieve-Vrouw van Guadalupe en droeg hem op om in de grond te graven tot hij een beeld van haar vond. Op die plek werd een kapel gebouwd, die later door koning Alfons XI werd uitgebreid tot het huidige klooster en de kathedraal. Tijdens een rondleiding kun je de rijk gedecoreerde binnenruimtes verkennen, waaronder de sacristie, en schilderijen van Francisco de Zurbarán bewonderen.
7. Bestorm de bergen
Meandro del Melero in de heuvels van de afgelegen regio Las Hurdes. Foto: Getty Images.
In het uiterste noordwesten van Extremadura liggen twee bergachtige regio’s van buitengewone natuurlijke schoonheid: de Sierra de Gata en Las Hurdes. In de gezellige dorpjes is veel van de traditionele volkscultuur behouden gebleven en kun je nog oude ambachten bewonderen, zoals kantklossen. Vooral Las Hurdes is een ruig gebied met steile heuvels en kloven die tot ver in de twintigste eeuw de bevolking bijna volledig van de buitenwereld afsloten. Het is een genot om hier te wandelen. Een van de hoogtepunten is El Meandro del Melero, een bijzonder fotogenieke bocht in de Alagón-rivier, vlak bij het dorpje Riomalo de Abajo. Vanaf het uitkijkpunt La Antigua heb je een spectaculair panoramisch uitzicht.
8. Stap terug in de middeleeuwen in Cáceres
Zicht op de oude binnenstad van Cáceres. Foto: Getty Images.
De oude wijk van Cáceres, die in 1986 door Unesco tot Werelderfgoed werd verklaard, is een van de meest complete en best bewaarde stadscentra van Europa. In de middeleeuwen trok de stad veel koop- en edellieden aan, die er schitterende landhuizen bouwden. Via een van de vijf stadspoorten betreed je de autovrije binnenstad en slenter je door smalle straatjes langs bezienswaardigheden zoals de kathedraal van Santa María, de paleizen van de Golfines en de Bujaco-toren, een klokkentoren uit de twaalfde eeuw die deel uitmaakt van de oude stadsmuur. Vanaf hier kun je een deel van de muur bewandelen. Vogelliefhebbers zijn hier ook op de juiste plek: in Cáceres wemelt het van de ooievaars die er nestelen, waardoor de binnenstad zelfs als beschermd vogelgebied is aangemerkt.
Kijk voor nog meer reistips, achtergronden en praktische informatie op de website van Turismo Extremadura.
