Emilia-Romagna
De oudste pub van Bologna
De schilderijen, tekeningen en zwart-witfoto’s zijn willekeurig en schots en scheef op de vergeelde muren gehangen. De houten tafels en prullaria achter de bar doen denken aan een antiekmarkt. Toch is deze pub de lieveling van de Bolognezen. En terecht. Hier vind je waar het volgens de Italianen echt om draait in het leven…
De lachende oranje zon in de kikkersteeg
Tijdmachines bestaan niet en zelfs in een middeleeuwse stad als Bologna is de 21e eeuw overal zichtbaar. Een uitzondering is de Vicolo Ranocchi: het Kikkersteegje. Te midden van de smalle straten van het marktdistrict lijkt de tijd hier stil te staan. Kikkers vind je in deze steeg niet meer, maar de rode verf bladdert van de muren en de ambachtswinkeltjes zijn soms al meer dan honderd jaar in handen van dezelfde families. Het Kikkersteegje lijkt door de tijd vergeten te zijn. Toch is het een begrip onder inwoners. Dat heeft alles te maken met de ruimte die schuilgaat achter het rolluik met de grote oranje zon. Wanneer de oudste pub van Bologna gesloten is, is deze ‘lachende’ zon het enige dat verklapt dat je hier Osteria del Sole kunt vinden. Heb je de Kikkersteeg gevonden en is de eeuwenoude osteria open, dan is het eenvoudig: voeg je bij de grote groep kletsende en drinkende bezoekers die binnen geen plekje heeft kunnen bemachtigen en met een wijnglas (of fles) buiten staat. In Osteria del Sole kan en mag namelijk alles. Niets is te gek. En dat al meer dan vijf eeuwen lang.
Terug naar 1465
Als je de drempel overstapt, overvalt je het gevoel terug in de tijd te stappen. Dat klopt. Sinds de opening van de osteria in 1465 is aan het interieur zo goed als niets veranderd. De vergeelde muren met oude zwartwit foto’s voeren bezoekers terug naar vervlogen tijden. De houten tafels, stoelen en banken smeken om een likje verf en het felle tl-licht leidt niet bepaald tot een romantische sfeer. Wat maakt dan dat alle inwoners zo dol op deze pub zijn? Roberto en Alessendro zitten aan een tafel naast de bar. Drie lege flessen prosecco en vele lege glazen doen vermoeden dat ze hier al even zijn. Roberto lacht: ‘Kijk om je heen. Hier vind je waar het echt om gaat: Goede wijn en goed gezelschap’. De mannen komen hier bijna elke middag. Soms om te lunchen, soms om te kaarten, maar meestal om te kletsen en te drinken. Bediening is er niet. Een glas bier of fles wijn – de keus is beperkt – bestel je aan de bar in de hoek. Ook muziek ontbreekt: het luide geroezemoes van grappen en goede gesprekken vult de ruimte. De lange tafels zijn allemaal bezet, maar er worden twee stoelen voor ons vrijgemaakt: al vijfhonderd jaar lang is iedereen hier welkom.
Osteria del Sole vandaag de dag
Niet alleen inwoners zijn dol op deze pub: op Tripadvisor is Osteria del Sole uitgeroepen tot de onbetwiste nummer één van het Bolognese nachtleven. Niet niks, gezien het enorme aanbod aan bars in de studentenstad. Toch is de osteria allesbehalve een toeristische attractie. Zittend aan de lange tafel, kijken we om ons heen. Het is zaterdagmiddag en aan alle tafels genieten Italianen van hun lunch. Een lunch die doet denken aan een picknick. In Osteria del Sole mogen bezoekers namelijk hun eigen eten meenemen. De houten tafels liggen vol met pizzapunten, focaccia, plakken mortadella en prosciutto. De osteria ligt middenin het ‘Quadrilatero’: een doolhof van kleine straatjes met winkeltjes waar de hammen aan het plafond hangen en overal Parmezaanse kaas verkocht wordt. Ook wij openen onze pizzadoos en proosten met glazen rode wijn op de eigenaren die Osteria del Sole door de eeuwen heen heeft zien komen en gaan. Sinds 1940 is de oude herberg in handen van de Bolognese familie Spolaore. Inmiddels staat de derde generatie achter de bar. De vele stamgasten zijn de familie dankbaar: een Bologna zonder Osteria del Sole is voor hen ondenkbaar.
De gastvrijheid van Italiaanse osteria’s
Onze rode wijn is nog maar half op, als Roberto een grote ongeopende fles prosecco voor ons neerzet. En grijnzend wegloopt. Onze Italiaanse buren – een grote vriendengroep – moedigen ons aan de fles te openen en houden ons een zak cantuccini voor. Ze laten zien hoe je de Toscaanse amandelkoekjes in de prosecco doopt en vervolgens opeet. De prosecco maakt de droge en harde koekjes zacht en opeens begrijpen we waarom Italianen zo dol op deze koekjes zijn. Het rappe Italiaans klatert als een waterval over ons heen, maar aan gastvrijheid geen gebrek. Dat is ook de oorsprong van de Italiaanse osteria’s: de naam ‘osteria’ komt van ‘oste’, wat Italiaans voor gast is. Osteria’s waren een belangrijk onderdeel van het middeleeuwse leven: hier brachten reizigers de nacht door en werden ze voorzien van eten, wijn en gezelschap. Dankzij de universiteit en de centrale ligging van de stad, kende het middeleeuwse Bologna relatief veel osteria’s: bruisende plaatsen, waar reizigers, studenten, schrijvers en ambachtslieden nieuws en verhalen uitwisselden.
Voor altijd 1465
Veel osteria’s zijn in de loop der eeuwen verdwenen of veranderd in luxere ‘ristorantes’. Waarom juist Osteria del Sole de vele eigenaars, oorlogen en stadsrenovaties schijnbaar moeiteloos heeft overleefd, weten Roberto en Allessandro niet. De fles prosecco is leeg en de koekjes zijn op. Een lange rij gasten waagt zich aan het toilet in de hoek. Dapper, want ook dat is sinds 1465 niet veranderd. Een stuk rioolpijp dient als sleutelhanger voor de sleutel van de toiletdeur. Maar na een paar wijn vindt iedereen dat heel normaal. We kijken nog even om de hoek van de ommuurde binnenplaats met kleine tafels en stoelen. In de zomer zit je hier uit de zon en de binnenplaats leent zich dus uitstekend voor lange zomeravonden. Maar helaas, Osteria del Sole blijft verrassen. De pub sluit haar deuren namelijk elke avond om half 10. Tijd om terug te gaan naar de ‘gewone wereld’. Een wereld waar veranderingen elkaar in sneltreinvaart opvolgen. Maar in Osteria del Sole blijft het 1465. Voor altijd.