Reis mee naar Sicilië in 10 foto's
Buiten het hoogseizoen kruipt Sicilië uit zijn schulp. Columbus-fotograaf Björn Snelders en zijn gezin bezoeken het Italiaanse eiland in de winter en treffen lege stranden, lome dorpen, vruchtdragende bomen en smeulende vulkanen zonder mensenfiles. Hij deelt zijn beste tips in 10 foto's.
Foto's: Bjorn Snelders
1. Bewonder het mooiste dorp van Italië
Overal in Gangi worden huizen in oude luister gerestaureerd.
De wind gaat liggen en de zon breekt door. Ineens baadt Gangi in het licht. Door zijn hoge ligging aan de rand van de Madonie, een gebergte aan de noordkant van Sicilië, wordt het dorp blootgesteld aan de frisse Tramontana-wind, die uit het noorden komt en in de zomer juist voor verkoeling zorgt. De winters in Gangi zijn streng. Bij veel sneeuwval wordt er in de nabijgelegen bergen zelfs geskied. Al deze facetten droegen eraan bij dat Gangi in 2014 tot het allermooiste dorp van Italië werd verkozen. Gek genoeg bleef de verwachte mensenstroom uit. Om de leegloop een halt toe te roepen, gingen een aantal jaren geleden ook hier de huizen in de uitverkoop. Pioniers met een goed en duurzaam bestemmingsplan hoefden slechts één euro over te maken om zich hier te vestigen. Het is overduidelijk dat er een nieuwe wind waait door de toch al winderige plaats. In de nauwe straatjes, waar zelfs de bestuurder van een ouderwetse Fiat 500 zijn spiegels in moet klappen, zijn de bouwwerkzaamheden in volle gang. Overal worden huizen in oude luister gerestaureerd. Een van die getransformeerde plekken is Baglio Tramontana, een slowfoodrestaurant in een zestiende-eeuws pand. Op de onderste verdiepingen woonden vroeger de boeren met hun vee, terwijl de adellijken hogerop woonden. Bij goed weer kun je dineren op het dakterras of in de baglio, een binnenplaats met een toegangsboog. In het historische centrum is geen enkele supermarkt of kruidenier te bekennen. Voor oudere bewoners biedt een marktwagen met groente en fruit uitkomst
2. Breng een bezoek aan de slapende reus
Twee benen, twee armen en een hoofd − vanuit de lucht lijkt Centuripe op een slapende reus, rustend in de bergen.
Twee benen, twee armen en een hoofd − vanuit de lucht lijkt Centuripe op een slapende reus, rustend in de bergen. Ik vraag me af of de bewoners in termen van ledematen denken en spreken als ze hun adres doorgeven. ‘Nummer 101. Rechterbeen, ergens rond de knie.’ Als we even later door de straatjes lopen, wordt er vanuit elke winkel naar ons gezwaaid. Het nieuws verspreidt zich snel in Centuripe: er zijn toeristen in ons dorp. In februari nota bene! Onze jongste zoon krijgt de ene na de andere aai over de bol. Steeds als we vertellen dat we in het dorp overnachten, en niet slechts hier zijn voor een bliksembezoek, zien we glinsterende ogen. Waar we ook binnenstappen, overal worden we als oude bekenden ontvangen. Na het afrekenen in de bakkerij krijgen we prompt een schoteltje bloedsinaasappelcannoli’s aangereikt. Deze opgerolde koekjes met bloedsinaasappelroom zijn de culinaire trots van Centuripe en we mogen absoluut niet weggaan zonder ze te proeven.
3. Vind oud én jong in Centuripe
Deze heren weten Centuripe van uitsterven te behouden. Foto: Bjorn Snelders.
Wat opvalt als we door Centuripe lopen zijn de vele tekoopborden en rouwprentjes. Net als veel andere dorpen is ook hier sprake van vergrijzing. We willen net in de auto stappen en vertrekken als we een schoolbel horen. Binnen een mum van tijd zijn de straten gevuld met scholieren. Hopelijk zijn deze jongeren net zo trots als Giuseppe (midden) en zijn vrienden en weten zij Centuripe van uitsterven te behoeden. Voor de Romeinen is het helaas te laat. De vele artefacten die zij achterlieten, zijn te bewonderen in Museo Civico Archeologico di Centuripe, een museum met de grootste collectie Romeinse vondsten in Centraal-Sicilië, waaronder beelden van de keizers Hadrianus en Augustus.
4. Bewonder de spitse Monte Calvario
De spitse Monte Calvario torent boven vier of vijf crèmekleurige woonlagen uit.
Als de oude Giuseppe uit Centuripe mijn camera ziet, komt hij op me af. Hij wijst naar mijn apparaat en gebaart dat ik hem moet volgen. Aangezien tot dusverre iedereen uit het dorp het beste met ons voorhad, besluit ik achter hem aan te lopen, ook al begrijp ik niets van zijn drukke verhaal in het Italiaans. Als we bij een cafeetje uitkomen en er binnenstappen, word ik van top tot teen bekeken door een zestal mannen. Allen grijs, warme jas aan, espresso in de hand. In het volgende vertrek wordt duidelijk waar Giuseppe op doelde. In de hoek van het eetzaaltje − er zit niemand, want ontbijten doe je hier staand − wijst hij naar een schilderij van een kapel op een berg. Daarna wijst hij naar mijn camera. Eindelijk snap ik wat hij bedoelt: dát is een mooie plek om een foto te maken. Hij heeft gelijk, maar hoe komen we daar? Ik haal mijn mobiel tevoorschijn en open de landkaart. Giuseppe zoomt in met zijn vingers. Binnen een paar tellen start de wandelnavigatie. Na ongeveer tien minuutjes lopen komen we aan bij een uitkijkpunt dat op de kaart staat aangeduid als Panoramica sull’Etna, ter hoogte van het linkerdijbeen, en buigen we over de reling. Aan de overkant torent de spitse Monte Calvario boven vier of vijf crèmekleurige woonlagen uit. Helemaal bovenop staat het kenmerkende kapelletje. Ik wil mijn camera net weer wegsteken, als we worden aangesproken. Giuseppe is ons achternagelopen. Hij strekt zijn handen uit en reikt me een dunne, bruine verpakking aan. 'Voor jou', brengt hij uit. In het pakketje zit een ansichtkaart van zijn dorp in helikopterview. Onze nieuwe vriend glundert van trots.
5. Trek de weidse natuur in
Koeien doen zich gretig tegoed aan het wilde gras met venkelplanten ertussen.
Het landschap tussen Centuripe en Gangi wordt gekenmerkt door vruchtdragende citrusbomen. Rond het eind van de winter worden de citroenen en sinaasappels geoogst. In de buurt van Muglia wordt de omgeving glooiender. Het kronkelende wegdek is er slecht aan toe en soms zelfs afgebrokkeld. Hier en daar zorgen linten ervoor dat we niet te dicht langs de rand rijden en de afgrond in storten. Pas na een half uur zien we weer eens een tegenligger.
6. Houd de agenda in de gaten en woon een religieus feest bij
In Centuripe zien we zelfs in februari nog overblijfselen van de kerstviering.
Maar liefst 97 procent van de Siciliaanse eilandbewoners is rooms-katholiek. Kerkdiensten en religieuze feesten ter ere van beschermheiligen worden dan ook goed bezocht.
7. Bezoek het bekende Cefalù eens in de winter
Zo drukbevolkt als Cefalù in de zomer is, zo stilletjes ligt het stadje erbij in de winter.
Het aan de noordkust gelegen Cefalù is een van de bekendste kustplaatsen van Sicilië. Het stadje dankt zijn naam − een verbastering van het oud-Griekse woord voor ‘hoofd’ – aan de hoedvormige rots waar het omheen is gebouwd. In de zomer, wanneer de temperatuur oploopt tot ver boven de dertig graden, is het ongetwijfeld een pittige klim naar de top. In februari schommelt de temperatuur echter rond de achttien graden en is de wandeling goed te doen. Zo drukbevolkt als Cefalù in de zomer is, zo stilletjes ligt het stadje erbij in de winter. Alleen de vele borden en posters met zomerse dagexcursies verraden zijn tijdelijke functie als badplaats en zonbestemming. Op ons dooie gemak slenteren we door het historische, ommuurde centrum. De deels gerestaureerde stadsmuur werd al in de vijfde eeuw voor Christus aangelegd om zee-aanvallen af te slaan en sterke zeewinden te breken. Een van de bijzonderste overblijfselen is de zestiende-eeuwse wasplaats. Niet alle historische overblijfselen bestaan uit steen. Arancini, gefrituurde en rijkgevulde rijstballen vinden hun oorsprong in de tiende eeuw. Het kleine Sfrigola wordt gerund door twee enthousiaste kerels en verkoopt arancini in allerlei smaken, van quattro formaggi tot Italiaanse worst. Toegegeven: de ballen liggen als een steen op de maag.
8. Bezoek Taormina in het laagseizoen
Het mondaine Taormina aan de oostkust is een rijzende ster onder de filmlocaties.
Slechts zes andere personen tellen we, als we vanaf de bovenste ring van Teatro Antico di Taormina naar beneden kijken. In de zomermaanden zou dat ondenkbaar zijn. Het Griekse amfitheater, uit de derde eeuw voor Christus, is misschien wel de populairste bezienswaardigheid van Taormina. De mondaine badplaats aan de oostkust vormt ook nu nog het decor voor podiumkunsten, zij het van een andere aard. De stad is een rijzende ster onder de filmlocaties. Zo werd in het decadente San Domenico Palace-hotel in Taormina het tweede seizoen van de hitserie The White Lotus opgenomen.
Als filmfanaat kom je ook in het nabijgelegen Savoca aan je trekken. Zo vormde de kerk in 1972 het decor voor de bruiloftscènes in The Godfather. En Bar Vitelli, aan het pleintje, vormde de achtergrond voor een iconische barscène. Het cafeetje, dat volhangt met filmmemorabilia, prijkt op vele selfies en is normaal gesproken afgeladen vol.
9. Beklim de spectaculaire Mount Etna
De Etna, de op een na actiefste vulkaan van Europa en hét symbool van Sicilië.
Van achttien graden aan de kust tot vier graden in de min in het binnenland. De plotselinge omslag in temperatuur, in combinatie met een gure wind, is even wennen. Winterbanden zijn in deze tijd geen overbodige luxe. Het levert in ieder geval een prachtige rit op. Het eerste uur rijden we over met as bedekte straten. De Etna, de op een na actiefste vulkaan van Europa en hét symbool van Sicilië, is een paar dagen geleden nog actief geweest. Overal staan vuilniszakken − met opgeveegd as, zo leren we later. Over de hellingen van de 3.357 meter hoge Etna lopen meerdere wandelroutes. De toegang is afhankelijk van de vulkanische activiteit. De grillige, zwarte lavavelden nodigen uit tot spectaculaire hikes. Wij kiezen voor een korte wandeling naar de Silvestri-kraters. De kleinste van de twee, de Inferiore op 1886 meter hoogte, is het makkelijkst te bereiken. Binnen vijf minuten kijken we over de rand naar de ondiepe, met sneeuw bedekte krater. Ik raad je aan om ook de Superiore op 2001 meter te beklimmen. In een half uurtje sta je boven en kijk je niet alleen uit over de grote, haast buitenaardse krater, maar ook op de lager gelegen Inferiore-krater.
10. Maak de oversteek naar het explosieve eiland Vulcano
Wandel naar de top van Monte Saraceno voor een geweldig uitzicht over Vulcano.
De zeven Eolische Eilanden, even ten noorden van Sicilië, zijn vernoemd naar Aiolus, de Griekse god van de wind. Vulcano, met zijn rokende krater en markante zwavelgeur, is het makkelijkst te bereiken en daardoor een ideale bestemming voor een dagexcursie. Op de veerboot ernaartoe laat ik me influisteren dat Vulcano ooit bewoond werd door Aiolus’ collega, de vuurgod Vulcanus, en het woord ‘vulkaan’ van hem is afgeleid. Één ding is zeker: het explosieve eiland doet zijn naam eer aan. Het zuiden wordt gedomineerd door Il Piano, een caldera die ontstond nadat een oude strato-vulkaan ineenstortte. De grote blikvanger is echter de Fossa, een actieve vulkaan die zo’n tienduizend jaar geleden ontstond en nog steeds tekeergaat. Gran Cratere, zoals de krater wordt genoemd, braakt voortdurend hete gassen en dampen uit. Als we de kade betreden, is de kenmerkende zwavelgeur al ruikbaar. Wegens rollend gesteente is het pad dat naar de krater leidt afgezet met hekken. Sommige hekken zijn echter neergehaald. In navolging van een aantal Italiaanse toeristen besluiten we om de borden te negeren en aan de klim te beginnen. Dat komt ons duur te staan. Na ruim een kwartier horen we sirenes. Het is duidelijk: we moeten omkeren. Beneden worden we opgewacht door drie politieauto’s en getrakteerd op een boete van maar liefst vijfhonderd euro. Laat het een les zijn: twijfel je in Italië of een gebied is afgesloten? Speel op veilig! Voor een alternatief uitzicht wandel je naar de top van Monte Saraceno. De 481 meter hoge top is net te laag om in de krater te kijken, maar biedt wel een geweldig uitzicht op de vulkaanhelling en de andere Eolische Eilanden.
1. Ritrovo Nipo Bar in Santa Teresa di Riva
Niet per se het mooiste pizzarestaurant. Maar de pizza’s zijn verrukkelijk bij Ritrovo Nipo Bar!
2. Ekecheiria in Centuripe
Verrassend hip delicatessenzaakje, genaamd Ekecheiria — en een lokale favoriet.
3. Baglio Tramontana in Gangi
Italiaans slowfoodrestaurant Baglio Tramontana in een zestiende-eeuws gebouw met een binnentuin en dakterras.
4. Kalapinta Craftbeer Bar in Cefalù
Proef Siciliaanse speciaalbieren, waaronder eigen brouwsels bij Kalapinta Craftbeer Bar.
Ontdek nog meer over Sicilië in Columbus Travel editie 117.
Volg Columbus Travel op Facebook en/of Instagram en meld je aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief!