Met de ferry naar Kythera !
Met de ferry naar Kythera !
In Neapolis is het een drukte van belang. Overal een kriskras van auto’s en mensen. Bij het ferry-kantoortje betalen we eerst ons ticket en daarna parkeren we ons autootje om een bakje koffie te gaan halen. We zijn ruim op tijd. We zien het gekrioel eens aan, erg vermakelijk om te zien met welk gemak de Griek zijn auto midden op de weg ‘parkeert’ om even een krantje of een frappé te halen.
Op de boot is het een gezellige boel. Er wordt volop gekletst, gepraat, gelachen en de komboloi’s tikken wat af. Het is blijkbaar toch een stressvolle onderneming, zo’n boottocht. Wij genieten volop van dit Griekse gebrabbel om ons heen, de overtocht duurt ruim een uur en de zee is kalm. Heerlijk, zo’n zeewindje na de hitte in Monemvasia !
Als we aankomen in Diakofti is het wel even schrikken. Is dit nu het liefelijke Kythera waar iedereen zo lyrisch over is ? Het ziet er kaal, onherbergzaam en ongezellig uit ! Als we de weg volgen en even later boven Diakofti rijden en uitkijken over de zee, moeten we onze mening al een beetje bijstellen, wat een prachtig blauw/groen water en wat ruikt het hier lekker ! Alsof je continue door een heerlijke lichte parfum rijdt. Al snel wordt de omgeving groener en staan er ook bomen. De dorpjes zijn klein maar zien er allemaal wel bewoond uit, hier weinig tot geen ruines (in tegenstelling tot de Mani).
Aangekomen in Livadi is het niet moeilijk om onze accommodatie te vinden, al hebben we geen adres. We slapen namelijk in een oude, gerestaureerde windmolen! En inderdaad, het is een WINDmolen. Het waait stevig op Kythera vandaag en de molen staat flink in de wind. Op zich logisch, de molen zal inderdaad wel zo geplaatst zijn dat hij de meeste wind vangt … als we even later Andreas ontmoeten, vertelt hij dat dit de meest produktieve molen van het eiland was … mmm … hopelijk waait het morgen toch iets minder hard. Door het gewrik van de dikke houten as die door de slaapkamer loopt, lijkt het wel alsof de hele molen zucht en steunt.
We hebben twee verdiepingen, de eerste is een slaapkamer, maar het bed is niet echt een tweepersoons, het is meegebouwd in de rondingen van de molen. De badkamer hier is ietsje groter dan die op de tweede verdieping (waar zelfs ik niet in kan staan), dus we besluiten dat dit onze inloopkast en badkamer verdieping wordt. De tweede verdieping heeft een grotere slaapkamer met een ‘normaal’ bed, hier gaan we dus slapen. Het is wel ‘kruipdoorsluipdoor’ om er te komen, twee enge smalle, wiebelige trappetjes, maar goed, we wilden idyllisch, nou dat hebben we gekregen!
Later die avond gaan we naar het beste restaurant in Livadi e.o. (we hebben eerder nog eens geïnformeerd in het dorpje zelf en alhoewel de man van de boekenwinkel als overbuurman niet geheel onpartijdig is, geloven we hem graag). Het is rustig, er zitten nog maar 4 andere mensen. Maar een half uurtje later is het bal, de hele tent afgeladen. Heerlijk, lekker Grieks gekissebis om ons heen. Het is een familiebedrijf, moeder in de keuken, vader deels keuken, deels bediening en twee zonen in de bediening. De oude man/vader is er ook, hij zit voor de tv, doet af en toe een rondje door de zaak en kijkt goedkeurend in de rondte. De zonen hebben het hartstikke druk, twee man voor een compleet volle zaak, ze rennen heel wat af. Wij vinden dan ook eigenlijk dat ‘de oude’ ook wel eens een karafje wijn rond kan brengen, maar goed, dat is blijkbaar niet aan de orde. Uiteindelijk eten we superlekker en genieten we van het Griekse sfeertje.
’s Middags trouwens nog een bruidspaar gezien wat in de kerk trouwde tegenover de supermarkt. Dat was wel even schrikken, de hele familie, inclusief de bruidegom staat te wachten bij de kerk en dan komt een poosje later met veel bombarie de bruid aanrijden, op zich niets bijzonders. Echter aan de zijkant van de kerk staan drie mannen met flinke geweren salutschoten af te vuren ! En niet zomaar een paar, flink wat. Ik kreeg sterk de neiging om te schuilen achter de plantenbakken. Maar omdat verder niemand echt schrikt, nemen we maar aan dat het een plaatselijk gebruik is (en niet een jaloerse ex die de bruiloft probeert te verpesten).
O ja, en als laatste nog een komboloi-verhaaltje. Inmiddels vraag ik me af: wanneer koop je nu een komboloi? Je ziet de meeste oude mannetjes er wel mee lopen, maar heel soms ook jongere mannen, vanmiddag nog eentje die toch echt nog geen 30 jaar was. Dus krijg je dan zo’n speeltje als je trouwt? Als je het huis uitgaat? Als je….? Het is iets om ook de stress van het bestaan een beetje te verlichten, wanneer krijg je de meeste zorgen ? Als je kinderen krijgt ? Als je …. ? We hebben echt geen idee en besluiten het aan Andreas. Een jonge vent, dus ik vraag hem of hij ook een komboloi heeft. Hij kijkt me raar aan ? Wil ik er een kopen misschien ? Nee, zeg ik, heb jij ook een komboloi ? Hij begint te lachen, nee, hij heeft geen komboloi. Dus ik leg hem mijn theorie voor, krijg je soms een komboloi mee van je vader als je het huis uitgaat als kerel ? Hij schiet weer in de lach, nu harder, nee, nee, alsjeblieft, nee, zegt hij, en hij vraagt me hoe ik hierbij kom. Als ik mijn observaties deel, weet hij te vertellen dat de komboloi iets is voor oude mannen, zodat ze iets ‘om handen’ hebben na hun pensionering, maar ook dat het een goed middel is om te stoppen met roken, je handen zijn dan met andere dingen bezig, dus geen tijd om een sigaret op te steken. We concluderen dan ook, dat de jongere mannen met een komboloi ooit rokers waren (of druk proberen deze status te bereiken)!