Wilgentwijg, bidsprinkhaan, mier
Wilgentwijg, bidsprinkhaan, mier
Shoppen in Parijs is een van de grote geneugten des levens. Mits je net je vakantiegeld binnen hebt én ook nog eens de zomeruitverkoop uitbreekt op de dag dat je er bent! Opeens worden die chique labels toch wel ernstig bereikbaar, want in Parijs gaat er meteen 50 procent van de prijs af. Dan betaal je nog altijd een bom duiten, maar goed, even later paradeer je wel in een Comme Des Garcons of een Rykiel Homme over de werkvloer tussen de H&Mmetjes en de Zara's. Daar moet je wat voor over hebben.
Het grote drama is echter dat men in Parijs gewoon niet doet aan maatje XL of meer. Wat natuurlijk een gotspe is, in een metropool die zich beroemt op haar cuisine en haar enorme aantal Michelinsterren.
Mijn schoonzusje is echt geen dragonder hoor, voor Nederlandse begrippen ziet ze er heel gewoon uit. Okee, wat langer dan gemiddeld misschien, maar echt niet dik. Ze paste een leuke oranje jurk, maar die zat net even te strak. Het was een maatje L, dus ik dacht, we pakken een XL, probleem opgelost. "Mais non!" deed de verkoopster (een wilgentwijg in couture) geschokt, "dit merk gaat maar tot L monsieur".
Belachelijk natuurlijk, en als zout in de wonde bleek dat ze wél maatje S, XS en XXS in de rekken hadden hangen. Grofweg vertaald: wilgentwijg, bidsprinkhaan en mier.
Zelf onderging ik een soortgelijke vernedering op de fantastische herenafdeling van BHV, die een heel gebouw van vier verdiepingen beslaat. Aan mijn koopzieke enthousiasme kwam spontaan een eind toen ik van geen kanten in een maatje XXL (!) overhemd paste. De naden kreunden en ik kreeg de knoopjes niet eens dicht. Dat heet in Nederland dus gewoon een Medium.
"Désolé" zei de slanke rietstengel in heupbroek die mij het hemd wilde verkopen. "Ach", zei ik "Parijs is bekend om twee dingen: gastronomie en mode. En u mag één keer raden wat ik het belangrijkste vind". De verkoper kon er wel om lachen; als je maar om jezelf lacht geef je automatisch de rest van de wereld toestemming om dat ook te doen. "Au revoir" zei ik, "je vais me consoler dans la patisserie".
Onder homerisch geschater verliet ik, toch wel een beetje verbolgen, de herenetage. En at van de weeromstuit een groene salade voor de lunch, maar dat terzijde.
Wat Parijs dan weer zo heerlijk maakt is dat je altijd wel weer gecompenseerd wordt voor doorstane ellende. Toen schoonzus en ik na een lange, dure en frustrerende dag op een chic terrasje zaten -allebei toch een klein tasje vol aankopen rijker- werden we bediend door het ene supermodel na het andere. Wilgentwijg, bidsprinkhaan, rietstengel... beeldschoon en ultradun en heerlijk hautain. Maar ze serveerden wél onze drankjes.
Kijk, dan voel je je toch heel even weer wat beter. Totdat dan de rekening verschijnt.