Introductie in de Finse Nationale Depressie
Introductie in de Finse Nationale Depressie
Kleding zwart of donkergrijs.
Dikke muts onder een grauwe bonte capuchon, het gezicht teruggetrokken in anonimiteit.
Al dagen oefen ik voor de spiegel mijn meest verloren oogopslag.
In mijn passen, mijn blik, mijn kleding acteer ik wanhoop, de diepste depressie.
Het is oktober in Finland.
Dan wordt het donker.
Niet in de lucht maar in de hoofden.
Er zit iets genetisch enorm fout bij de oostelijke Scandinaviers.
'Fin' lijkt echte het einde maar ik begrijp het niet.
Is dit cultuur, gewoonte, een indentiteitscrisis voortkomend uit de eeuwenlange vraag bij wie Finnen nu eigenlijk horen?
Bij Rusland, bij Zweden, bij Scandinavie of volwaardig bij Europa dat sinds de Nokia-redding zo dichtbij lijkt.
Misschien beredeneer ik wel teveel.
Weet je wat, ik doe gewoon een daggie mee.
Een introductie in de Finse Nationale Depressie.
Hoe noordelijker hoe korter en heftiger, dus mooier.
De Finse herfst is zoals ik hem had gehoopt.
Laat dit jaar, op haar top aan het eind van de oktobermaand en dat is mijn geluk.
Ruim boven de 10 graden terwijl er normaal al sneeuw hoort te liggen.
Nu niet, de natuur heeft op mij gewacht.
Langs de Finse merenkusten wandel ik onder de meest intense herfstkleuren als in een warme omwikkeling door een Spaanse vlag.
Het geel en rood ricocheren op het gladde water waar parelwitte schapenwolken over de blauwe hemelspiegeling lijken te glijden.
Mijn droomherfst maar Finland is er van in de war.
Oktober is de start van de Nationale Depressie en daar hoort een vreugdevol lentegevoel niet bij.
De schoonheid van het land is plots volledig ondergeschikt aan de DNA-timer in de Finse lijven.
Let's do the dark-day today.
Goed, Finland is niet mooi, Helsinki is klote, de koffie smaakt naar elandzeik en ik zet mijn zinnen op helemaal nergens zin in hebben.
Het kost wat moeite om me voor de spiegel op te laden en me een maanden durende donkere regendag voor te stellen.
Ik heb een muts geleend, een oude spijkerbroek met foute gympen, zwarte trui en nog zwartere jas, dikke handschoenen en een beetje mascara voor wat diepliggender ogen.
Op naar de bushalte.
Er staat een man of 10 maar groeten is verboden.
Dat geldt ook voor de buschauffeur die het stuurwiel met zijn middelste buikkwab bedient.
Ik ben beginneling en gooi er per ongeluk een welgemeend 'good morning' uit.
Er gaat enkel een wijsvinger naar het bakje waar ik mijn busreiscontributie mag doneren.
Ssst, niet praten, stil zijn in de bus de komende 25 minuten naar het centrum van Helsinki en zo triest mogelijk uit het raam staren.
Dat staren is heerlijk, de stad ligt er prachtig bij in deze tijd.
Nog geen 5 minuten onderweg en een plakkerig gezweet maakt zich van mij meester.
Het digitale bord bovenop het Stockmann-warenhuis geeft 11 graden aan.
Bijna korte broekenweer in deze zalige herfstzon maar dat mag niet tijdens de FND (Finse Nation... etc).
De muts en handschoenen gaan de prullenbak in waar ze binnen enkele seconden weer uitgehaald worden door Helsinki's attente parkgieren.
Het zijn soms niet eens zwervers die met alcoholfles in de hand de parkbankjes bezetten.
Elke man in dit land lijkt regelmatig mee te doen.
Alcohol is een mega-probleem in dit land, het nationaal excuus.
Finnen drinken in het weekend niet voor de gezelligheid maar zuipen zich lam om het 'grote vergeten' weg te spoelen.
Fins cultuurgoed is het, al is de acceptatie zwijgzaam en met verborgen schaamte.
Ik ga opweg naar de krukken der gelatenheid.
Opgesteld in de doffe cafe's van de wijken net buiten het centrum, daar waar de toeristen niet komen.
Daar waar het bier goedkoop is en van Finse makelij.
Niet te zuipen maar na een paar halve liters goed voor een plots onvervalst strakke Finse uitspraak wordt mij toevertrouwd.
De sfeer in deze volkskroeg heeft zowaar iets gemoedelijks ondanks de bonte verzameling lelijke hoofden (tja sorry) en dronkenaardspraat.
Maar goed, het is ook pas net 11.00u dus het gezamenlijk neervallen, kozijnkotsen, en prullenbakpissen is nog niet begonnen.
Het vreselijk irritante nekhangen al wel.
Ik maak snel vrienden merken mijn rap zwaarder wordende schouders en daar word ik zowaar zeer sjagerijnig van.
Een klein halfuurtje in deze ellende is genoeg om mijn eerste oprechte FND-gevoel te krijgen.
Wegwezen hier.
Terug naar het centrum.
Het krioelt er gezellig al zijn de poppetjes nog immer anoniem.
Het vrolijke getingel van de oude trams valt me op evenals de krachtige aroma's uit Helsinki's koffiehuizen.
Ik ga dit niet redden.
Geforseerd meegaan in een neerslachtig gevoel dat het halve Finse volk jaarlijks besluipt is niet mijn spel.
Ik kijk nog een keer naar de veel te warm geklede kinderen, naar de wandelaars die met het hoofd naar beneden het zebrapad oversteken, de alcoholist die daar tussendoor slalomt en dan gaat de jas uit.
Helsinki en Finland hebben te veel moois om de ogen voor te sluiten.
Kleurrijker dan de herfst zelf.
Als een dappere strijder loop ik in mijn trui met opgestroopte mouwen tegen de meute in.
Koffie met zo'n overheerlijk koffiebroodje beloof ik mezelf.
Ik ben hier lang genoeg om te weten waar die het lekkerst is.
Ik ben hier ook lang genoeg om te weten dat er meer is dan de Finse Nationale Depressie.
Al sluimert en loert ze continue in de donkere maanden.
Maar spreek de Finnen aan en je krijgt een gulle lach.
Die krijg ik ook als ik het koffiehuis in stap.
Boven de toonbank staat een kleine televisie aan.
Het weerbericht laat zien dat vandaag de laatste mooie herfstdag is.
Een zware depressie is in aantocht.
Yes!