Berlijn, Duitsland
Weinig steden ondergingen de afgelopen decennia zo’n metamorfose als Berlijn. Sinds de Muur op 9 november 1989 viel, is de Duitse hoofdstad één grote bouwput. Alle ogen, zo lijkt het, zijn gericht op de toekomst. Toch is het duistere verleden van de stad nog overal tastbaar. Drie Berlijners die de Muur zelf meemaakten, gaan terug in de tijd.
Tekst: Jeroen Kuiper, Fotografie: Felix Rachor
Berlijn
na de Val
Er gaat geen dag voorbij dat de 69-jarige Jürgen Litfin, een
geboren en getogen Berlijner, niet aan 24 augustus 1961 terugdenkt.
Die dag was het elf dagen geleden dat de Berlijnse Muur werd
gebouwd. En de dag dat zijn broer Günter werd doodgeschoten.
Het nieuws ging de wereld rond: Berlijn
had zijn eerste Muurdode. Günter, een jongeman van 24, accepteerde
de Muur eenvoudigweg niet. Hij sprong in de rivier de Spree en
probeerde naar de overkant te zwemmen. Naar West-Berlijn, waar hij
een woning en een baan had. De rivier was slechts veertig meter
breed, maar Günter had pech – grenspolitieagenten zagen hem en
schoten met scherp. Een kogel doorboorde zijn achterhoofd. Drie uur
later haalde de Oost-Duitse grenspolitie het lijk uit het water,
gadegeslagen door ontzette toeschouwers en journalisten op de
westelijke oever. Jürgen ervoer pas een dag later over de dood van
zijn broer, toen een buurman op het journaal zag hoe hij uit het
water werd gehaald. ‘De nacht ervoor was ik door de politie
verhoord. Die was ook bij mijn moeder geweest en had het hele huis
overhoop gehaald. Niemand vertelde ons dat Günter doodgeschoten
was. We dachten dat hij in de gevangenis zat.’
Bijna 48 jaar later stapt Jürgen uit zijn auto. Hij loopt naar een
voormalige DDR-grenswachttoren, die ingebouwd staat tussen roze
geschilderde flats in het hart van de stad. ‘Een van de twee die in
Berlijn bewaard zijn gebleven.’ Jürgen drukt zijn sigaret uit en
opent de deur van de wachttoren. Ook 48 jaar na de dood van zijn
broer overheerst de woede in hem. ‘Ik haat communisten.’ Die haat
ontstond niet na de moord op zijn broer. Die was er al op 17 juni
1953, toen beide broers bij de arbeidersopstand in Oost-Berlijn
aanwezig waren. ‘Ik zag hoe de Russische tanks door de straten
reden. Ik heb gezien hoe ze een jongen van een jaar of acht onder
hun rupsbanden vermorzelden.’
Klik om te kijken of de papieren
editie of
de digitale
editie nog
beschikbaar is.