Sri Lanka - coast to coast
Sri Lanka
Azië
Baatjes
Sri Lanka - coast to coast
‘Lieverd…?’ ‘Jahah?’ ‘Ik ga niet terug voordat ik de Ceylonese Vleermuisparkiet heb gezien, hoor.’
We zitten in het vliegtuig naar Sri Lanka, met een vertrouwd gevoel van opwinding: welke vogels gaan we zien? Hoe zou onze chauffeur zijn? Hoe is de bevolking? Zal het echt zo warm zijn? Vragen die we over 3,5 week kunnen beantwoorden.
Na een voorspoedige vlucht landen we in Colombo. Daar is direct een spannend moment: kennismaken met onze chauffeur. We zitten ten slotte 3,5 week met elkaar opgescheept, dus hopelijk klikt het. In de wachtende menigte zien we een bordje met onze namen. We maken kennis met Udaya en krijgen een bloemenkrans omgehangen. Het begin is goed.
Midden in de spits rijden we naar Waikkal, een badplaatsje in de buurt van Negombo. Onderweg pinnen we, onbedoeld, zovéél geld dat we de rest van de reis niet meer hoeven te pinnen. Maar dat rekenfoutje ontdekken we pas later.
Negombo en omgeving
De volgende dag staat Muturajewela, het grootste moerasgebied van Sri Lanka, op het programma. Vanuit de boot scoren we flink wat easy species. Naast vogels zien we niet veel anders dan wat watervaranen.
Op de terugweg naar ons hotel stoppen we bij de vismarkt van Negombo. Op de markt wordt vis verkocht aan locals. Veel soorten heb ik nog nooit gezien. Het is een genot voor het oog, niet voor de neus. Op het strand droogt en pekelt men vis voor de bewoners in het binnenland.
Chilaw
Onze volgende bestemming is Anuradhapura. Op weg hiernaartoe komen we langs twee Hindoe-tempels. De eerste is de moderne Muragan-tempel. Muragan is de god van oorlog en overwinning en de patroonheilige van Tamil Nadu. De beelden hebben prachtige kleuren, op het kitscherige af. Heel anders dan Boeddhistische tempels zullen we snel achter komen.
De Munneshwaram Hindoe tempel bij Chilaw is veel ouder. Deze tempel is een aantal keren door de Portugesen verwoest en daarna weer opgebouwd. Deze tempel is een stuk minder kleurig. Het is een complex dat bestaat uit vijf tempels waarvan de Siva tempel de grootste is, dit is ook de tempel die het bekende beeld van deze tempel oplevert.
Anuradhapura
Eenmaal in Anuradhapura blijkt dat we daar eigenlijk te weinig tijd hebben. Anuradhapura is namelijk groot en er is veel te zien. Wij brengen een bezoek aan een aantal belangrijke sites.
De rotstempel van Isurumuniya is op en rond een rots gebouwd, ook vind je er een museum en een klokvormige dagoba. Alle bouwwerken zijn door middel van stenen trappen en paden met elkaar verbonden. De tempel ligt schitterend.
De Ruwanweliseya mag natuurlijk niet worden overgeslagen. Voor de bouw van de 55 meter hoge stoepa, zijn meer dan 100 miljoen bakstenen gebruikt. Hier vind je ook de olifantenmuur, grote, gebeeldhouwde olifanten die het terras waarop de stoepa is gebouwd, lijken te ondersteunen. In de tijd van de burgeroorlog is er hier een aanslag gepleegd. Sindsdien wordt je bagage gecontroleerd voordat je naar de stoepa toe kunt.
De Sri Maha Bohdi (heilige bo-boom) wordt door boeddhisten gezien als de oudste boom ter wereld (+/- 2200 jaar). De boom wordt aan alle kanten gestut omdat hij anders zou omvallen. Het is een bedevaartsplaats voor veel boeddhisten.
Mihintale
Voor ons blijkt Mihintale veruit de indrukwekkendste plek in de Culturele Driehoek. Vanuit Anuradhapura zie je de stoepa van Mihintale al liggen. Hier zal je niet zoveel toeristen tegenkomen, wat het des te interessanter maakt. Om bij de stoepa te komen moet je een lange trap bedwingen. Wij hebben onderweg naar boven ook nog wat zandzakken meegenomen. Vrijwilligers sjouwen deze zakken naar boven omdat er geen vrachtwagens bovenop kunnen komen en er toch onderhoud moet plaatsvinden. Goed voor ons karma.
Men gelooft dat Mihintale de plek is waar het boeddhisme in Sri Lanka is ontstaan.
Eenmaal je schoenen uit en schouders en knieën bedekt, kun je naar het grote witte Boeddhabeeld, naar de stoepa en de Aradhana Gala rots beklimmen. Volgens mijn man heb je hier een schitterend uitzicht. Ik heb even overgeslagen, mij te steil!
Trincomalee
Dan is het tijd om bij te komen van onze eerste indrukken in Sri Lanka. We gaan daarvoor naar Nilaveli bij Trinco. Voordat we bij het zwembad neerploffen, brengen we eerst een bezoek aan het Nederlandse Fort en Koneswaram Tempel. Deze tempel is mooi, maar we krijgen een beetje het gevoel dat het allemaal op elkaar gaat lijken, en dat al na vijf dagen. Je hebt wel een prachtig uitzicht vanaf Lovers Leap.
Snorkelen bij Pigeon Island
Via onze gids regelen we een overtocht naar Pigeon Island om te snorkelen. Om 08.15 uur dobberen we al in het water. Aan de ene kant van het eiland is het ondiep en kunnen we een beetje inkomen. Ook hier zie ik weer vissen, ditmaal levend, die ik nog nooit heb gezien. Helaas lijdt het koraal aan koraalbleek.
Aan de andere kant van het eilandje is het diep(er), is er meer gekleurd koraal, maar zijn er ook heel veel mensen tegen de tijd dat wij daar aankomen. Het strand ligt vol met dood koraal, wat heel pijnlijk is voor je voeten. Natuurlijk hebben we geen waterschoenen. Dan maar met flippers aan het water in. Het ziet er ongetwijfeld heel charmant uit. Eenmaal wat verder het water op wordt het rustiger. Hier zien we zeeschildpadden. Mijn hartslag schiet omhoog op het moment dat ik haaien zie zwemmen. Het zijn geen witte haaien, maar toch.
Ga dus vroeg en neem waterschoenen mee. Oh, en trek een shirtje aan…wij waren zo rood als een kreeft na afloop…en de shirtjes zaten nog wel in de rugzak.
Op Pigeon Island leeft trouwens de Rotsduif (wereldwijd geëvolueerd tot stadsduif) in zijn meest pure vorm. We zien er flink wat vliegen en ze, eerlijk is eerlijk, mooi gekleurd. Toch leuk voor de vogellijst.
De daarop volgende 1,5 dag proberen we verder te wennen aan de warmte en komen we lekker bij aan het zwembad, in de straatjes rondom het hotel en aan het strand. We zijn helemaal klaar voor het vervolg van onze reis.
Foto's
