Mandalay
Vervolg Mandalay
Dan gaan we de werkplaatsen rondom de pagode bekijken. Alle bomen en planten zijn bedekt met stof, de mensen zelf ook. De wijk is enorm sfeervol en we hebben er eindeloos rond gelopen, schitterend om te zien hoe ze al dat werk doen. Ook bronsgieten en houtsnijden. Plots een hoop herrie en muziek, blijken we midden in een processie te zijn beland waarbij kleine kindjes voor het eerst naar het klooster gaan. Dat gaat gepaard met prachtig en kleurig geklede mensen, versierde ossenkaren en pick ups waar de kinderen als prinsjes en prinsesjes verkleed in de laadbak zitten met hun ouders, tussendoor allemaal dansers en muziekmakers. Dan staat er een groep beschilderde mannen en een groep travestieten voor ons, die een dans gaan doen. Het is zo mooi! Ik krijg er weer kippenvel van! Zo bijzonder om dat mee te mogen maken! De chauffeur was ons gevolgd en we konden zo instappen om naar de houtsnijders en bronsgieters te gaan. Uiteraard zijn we ook bij een winkel afgezet, zoals dat overal ter wereld gaat. Kon het niet laten om een prachtig beeld/masker voor aan de muur te kopen. Het is volledig bedekt met bladgoud (dus waarschijnlijk is dat straks thuis véél te veel van het goede), maar het houdt boze geesten uit je huis en dat is ook wat waard… We drinken wat op een “terras”, in gezelschap van een rat. Maar met een koffie en cola voor 35 cent mag je niet klagen. Dan naar de bladgoudmakers (gold leaf beaters). Dat is wel een vreselijk karwei! Een machine maakt het goud zo plat mogelijk, vervolgens wordt het in etappes 6 uur lang met een hamer van 3 kilo platgeslagen. De jongens werken een uur achter elkaar en hebben dan een uur pauze. De tijd wordt bijgehouden met een kokosnoot die in het water drijft, waarin een gaatje zit. Als de kokosnoot vol is gelopen en gezonken, dan zijn er 3 minuten voorbij en mogen de jongens even stoppen voordat de volgende 3 minuten ingaan. Vrouwen knippen de blaadjes goud, maken het bamboepapier waar het goud tussen wordt gestopt en stoppen de flinterdunne plakjes bladgoud ertussen. Ik koop een mooi doosje van zwart lakwerk met in bladgoud de “Hensup”; ½ zwaan, ½ pauw. De taxi rijdt ons naar de Ein Daw Yar pagode, ook alweer in zo’n sfeervolle omgeving. We lunchen aan de rivier met uitzicht op de haven. Het is er een grote chaos. Op de rivieroever wonen hele gezinnen in erbarmelijke hutjes. Vrouwen doen de was in de rivier, tussen de ladende en lossende boten zwemen kinderen, en wassen de mensen zichzelf. Ogen en oren tekort en daarnaast lunchen we nog eens overheerlijk voor het schamele bedrag van €2,50 met z’n tweeën. Na de lunch wandelen we door het dorpje op de oever, de armoede is er schrijnend, toch zijn de mensen vriendelijk en zwaaien vrolijk naar ons en willen op de foto. We lopen door naar de bamboe haven, soortgelijke huisjes en dito mensen maar al het werk heeft te maken met bamboe. Die ligt in grote stapels op de oever, mensen verwerken het tot matten voor de hutjes, splijten en zagen het in allerlei formaten voor huizenbouw, manden etc. De volgende stop is het Shwemandaw Kyaung, een schitterend teakhouten klooster uit 1880. Mandalay stikt van de kloosters, in sommige wonen wel 4000 monniken of nonnen. 's Ochtends zie je dus hele rijen monniken door de straten schuimen met hun bedelnap om eten op te halen, het blijft een bijzonder gezicht. Het constant op blote voeten lopen in alle heiligdommen (overal waar een boeddha staat, hoe klein die ook is) begin ik wel te voelen. Aan de overkant ligt de Kyaungdawgyi pagode, gebouwd tussen 1853 en 1878. Een stuk verderop ligt de Kuthodaw pagode, ook uit 1857 waarbij de Swezigon Pagode uit Bagan als voorbeeld is gebruikt. Het ligt op een 5ha groot ommuurd terrein en er bevinden zich 729 witte miniatuurpagoden met een marmeren steen. Op de stenen staat de complete tekst van de Tripitaka, het boeddhistisch heilige schrift. Daarom wordt het ook wel het grootste boek ter wereld genoemd. Aan het overzetten van de tekst op marmer hebben 5000 steenhouwers 8 jaar gewerkt, een geschoolde monnik heeft 2 jaar nodig om de volledige tekst voor te lezen. In boekvorm beslaat het 15.000 blz. Het is een bijzonder gezicht, ik heb zoiets nog nooit gezien! Tot slot gaan we nog even naar de Sandamuni pagode. Rond de centrale stoepa staan 1774 marmeren stèles met commentaar op de boeddhistische leer, ook weer in minipagodes. Voor de volledige archeologische zone dien je 10$ te betalen, waarbij het kaartje 5 dagen geldig is. Helaas gaat dat naar de staat, je ontkomt er niet aan om hier en daar toch de kas van het regime te spekken. Al doen we dat zo min mogelijk. Volledig uitgevloerd komen we om 16:45 terug in het hotel. Eerst een lekkere douche en enorm schrobben op de zwarte voeten. Het is een heel gedoe, steeds die schoenen uit. Het geldt al vanaf de ingang, vaak nog een stuk straat, lange trappen, winkelgalerijen en wat al niet meer. Is pijnlijk en smerig (vogelpoep, betelnoot-kwatsen etc.). Maar we zijn te gast en tonen ons respectvol. Na de douche dagboek bijwerken en om 18:30 gaan we eten bij de Thai vlakbij het hotel. We bestellen saté, maar daar verstaan ze hier toch iets anders onder… Op tijd naar bed want de volgende dag vertrekken we weer om 7:30 om bezienswaardigheden rondom Mandalay te gaan bezichtigen, waaronder Sagaing; met stoepa’s bedekte heuvels.