Per paardenkar door ‘Bagan’
Bagan
Myanmar
Janhermens
Per paardenkar door ‘Bagan’
De afgelopen dagen was internet niet mogelijk, buitenlandse websites waren niet bereikbaar. Of het vandaag lukt weten we pas nadat we dit stuk geschreven en geplaatst hebben.
Vanuit 'Mandalay' zijn we naar 'Bagan' gevlogen en daar vier nachten gebleven. We zouden vervolgens met een auto via 'Mount Popa' naar 'Kalaw' rijden, maar dat ging vanwege het slechte weer niet door. Er was een brug ingestort en een weg weggespoeld! Noodgedwongen moesten we dus een dag langer in 'Bagan' blijven en werd voor ons een binnenlandse vlucht geboekt.
We hebben hier 2 dagen lang met een horsecart rond gereden en veel tempels, stoepa's, pagodes en kloosters gezien. De 'driver' nodigde ons uit om bij hem thuis te komen eten. Hij vond ons blijkbaar aardig, hij had in zijn 35-jarige loopbaan als ‘driver’ nog nóóit toeristen thuis gevraagd! We hadden hem al wat extra's gegeven omdat hij een gehandicapte, spastische zoon had, ze waren hierdoor érg ontroerd. Ze zorgden erg liefdevol voor deze 9-jarige jongen, lopen kon hij niet. Het trieste dat we ook hier weer zagen is dat er slechts beperkte middelen (medicijnen, rolstoel) zijn om zo'n jongen te kunnen helpen.
Terug in ons hotel bleken we zelfs op t.v. weer beeld te hebben: we konden kijken naar de voetbalwedstrijd PSV-VVV, en dat voor de weinige zenders die we konden ontvangen!! Het woord Venlo spraken ze zelfs goed uit!
‘Bagan’ is één van de mooiste plekken in Azië, hoewel dat natuurlijk subjectief is. De meeste toeristen kiezen voor een hotel in ‘New Bagan’, hoewel overnachtingen, fietshuur en ander vervoer van hieruit het duurste zijn, tot wel tweemaal de prijs in ‘Nyaung U’. In ‘New Bagan’ is weinig te beleven.
‘Nyaung U’ is een leuke marktplaats t.n.v. ‘Old Bagan’ dichtbij het vliegveld. Een taxi naar deze plaats kost Kyat 5000, naar ‘New Bagan’ 7000. Bij aankomst op het vliegveld ben je verplicht $10 te betalen voor de restauratie en de bezichtiging van de monumenten. Er wordt overigens nergens gecontroleerd!
Een verblijf in een hotel in ‘Old Bagan’ is af te raden. In 1990 werd de bevolking gedwongen deze stad onder het mom van opgravingen en restauraties te verlaten en in het bijna boomloze ‘New Bagan’ opnieuw te beginnen. Intussen zijn er wél diverse staatshotels, staatsresorts en een staatsmuseum gebouwd, waar je bovendien nog eens $5 entree moet betalen. In ‘Nyaung U’ is nog een toren gebouwd van waaruit je het hele gebied kunt overzien. Om hiervan te kunnen genieten, vraagt de staat een bijdrage van alweer $10. Op de 'Shwe-hsan-daw-paya' heb je trouwens een mooier en gratis uitzicht!
Overal kun je een horsecart huren om het gebied rondom ‘Bagan’ te bezichtigen (‘Nyaung U’: Kyat 10.000, ‘Old Bagan’: Kyat 15.000-20.000) of een fiets (Kyat 1500). De prijzen gelden voor een héle dag.
Een horsecart en fiets zijn overigens goedkoper als er weinig toeristen zijn! Elke horsecart heeft een nummer en hun motto is "Liever het paard moe, dan jullie!".
Zorg dat je voldoende kleine briefjes (50, 100, 200 en 500 Kyat) op zak hebt om bij bepaalde afgesloten tempels en pagodes het 'sleutelgeld' (200-500 Kyat) te kunnen betalen. Neem bovendien een zaklamp mee!
Naast de vele tempels, stoepa's en pagodes zijn de tussenliggende plattelandsdorpjes, zoals 'Pwasaw', erg de moeite waard. Je wordt spontaan door mensen thuis onthaald op een cheroot, de zelf gerolde Birmese sigaar!
De driver stopt regelmatig onderweg bij interessante plekjes of om iets te eten en te drinken, zoals bij ‘Tharabar Gate’, de oude stadspoort van ‘Old Bagan’ waar ‘Sarabka 1 Restaurant’ ligt. Let vooral op het nummer achter de naam, want er bestaat ook een ‘Sarabka 2’, maar dat is dan weer een regeringsrestaurant!
Vanmorgen konden we dus verder naar 'Kalaw'. We blijven hier helaas maar één dag, we hebben het wél getroffen met de wekelijkse markt die steeds op verschillende plaatsen gehouden wordt, vandaag dus in 'Kalaw'.
In ons hotel hier in 'Kalaw', erg eenvoudig trouwens, vinden we voor het eerst een bijbel op de kamer, zelfs eentje in Birmese vertaling! De manager is dan ook een van de weinige Christenen in dit land die openlijk durft te getuigen van zijn geloof.
Het is hier een stuk koeler, we zitten op 1320 m. hoogte in de bergen. Morgen gaan we met de auto naar 'Inle' (hopen we!).
Foto's
