Welkom in Mongolie, het land van Chenggis Khaan (1)
Welkom in Mongolie, het land van Chenggis Khaan (1)
Deel1: Ceremonies en Sporten in Ulaan Baatar
Vanaf zijn hoge bronzen troon overziet hij het centrale plein van Ulaan Baatar. Chenggis Khaan, de stichter van het Groot Mongoolse Rijk aan het begin van de 13e eeuw. Tegenover hem, hoog te paard en midden op het plein, het beeld van Damdin Sukhbataar. Deze revolutionaire leider van het Mongoolse leger leidde het land in juli 1921 naar de onafhankelijkheid van China en richtte de allereerste politieke partij op: de Mongoolse revolutionaire volkspartij (MPRP), tot op de dag van vandaag een grote en populaire partij.
Deze twee voor Mongoliërs belangrijke helden bepalen het gezicht van het hedendaagse Mongolië, een mix van tradities en moderniteit. Ook letterlijk. Het centrale plein van Ulaan Baatar – UB in de volksmond – draagt de naam van Sukhbataar en wordt gedomineerd door een hoog en beeldbepalend kantoorcomplex van glas. De eerste kennismaking met Chenggis Khaan heeft al in de fraaie moderne aankomsthal van het vliegveld plaats, waar hij vanaf een enorm billboard de bezoekers van zijn land begroet: Welcome to Mongolia!
Onafhankelijkheidsdag
We vallen met onze neus in de boter. Op 10 juli wordt de negentigste verjaardag gevierd van de Onafhankelijkheid, met groot ceremonieel op het Sukhbataar plein en een cultureel programma in de theaters. De viering blijkt een uitgelezen kans om kennis te maken met dit onbekende land met zijn even onbekende bevolking. We sluiten aan bij de mensenmassa rond het plein, zoekend naar een goede fotografenpositie want op het plein staan de troepen van regering en leger al in ceremoniële uniformen opgesteld. Een soort Prinsjesdag, maar dan anders. Geen dranghekken of touwen om de menigte in bedwang te houden, slechts gemoedelijke politiemannen moeten er voor zorgen dat het allemaal een beetje ordelijk verloopt. Af en toe breekt iemand door de menigte en weet rennend het middenterrein van het plein te bereiken, waar de officiële (pers) fotografen staan met hun teletoeters en statieven. Daar heb je een veel beter overzicht. “Oeshe, oeshe”, achteruit, roept een agent weinig overtuigend maar als de doorbraak is geslaagd wordt er gelachen en rennen zo’n 40, 50 mensen er achteraan. Dat gebeurt meerdere keren, zonder dat er door de politie wordt ingegrepen. Het ademt een gemoedelijke sfeer, en een ontspannen verhouding tussen de politie en de bevolking. De minister van defensie en de legerleiding doen inspectie van de troepen vanuit een open jeep, de president legt een krans aan de voeten van Sukhbataar. Als de jeeps het plein verlaten rennen de mensen er weer ongedisciplineerd achteraan, camera’s hoog boven hun hoofd voor een mooi plaatje. Iedereen heeft hier een digitale camera of gsm, zo lijkt het.
Mongoliërs zijn trots op hun land en hun geschiedenis. De ceremonie sluit af met de bekende militaire parade waarin een mix van moderne tanks en raketten en de traditionele Chenggis cavalerie. De presidentiële garde draagt vaandels van paardenhaar waarin repen stof van de witte vredesvlag van Chenggis Khaan verwerkt zijn.
Na afloop is het een mooi en onbevangen familiefeest op het plein. De militairen gaan met de bevolking op de foto, kindje op de arm, medailles van verdiensten op de borst gespeld. Veel mensen dragen een prachtige traditionele del, een wijde lange jas met daaronder huzarenlaarzen. De mannen in een donkere effen kleur met een felgekleurde sjaal om het middel, de vrouwen dragen een felgekleurde del van een soepeler en glanzende stof met om hun middel een ceintuur. Zowel jong als oud draagt deze kleding, terwijl er ook veel mensen modern westers gekleed zijn met opvallend veel dames op naaldhakken. Alles mengt hier in harmonie met elkaar, oud en jong, militair en burger, traditioneel en eigentijds, met respect voor elkaar. Hoe een hoofdstad van een groot land tijdens een landelijke ceremoniële viering een dorpse gemoedelijkheid uitstraalt.
Het Nadaam Festival
Eén van de redenen om juist in juli naar Mongolië te gaan is het jaarlijkse Nadaamfestival, dat op 11 en 12 juli in UB wordt gevierd. Drie sporten staan op dit evenement – ook wel de Mongoolse Spelen genoemd – centraal: worstelen, boogschieten en paardenraces. Deze sporten staan voor Kracht, Wijsheid en Moed. Een vierde wordt uitgevoerd in een speciale hal: enkelbot schieten. Hierbij wordt een klein vierkant stuk enkelbot van een schaap of geit met duim en wijsvinger van een plankje afgeschoten, met de bedoeling een klein doel op tien meter afstand te raken. Precisiewerk.
Op 11 juli nemen we plaats op de tribune van het grote stadion voor de openingsceremonie. De sfeer is weer ontspannen, maar ook vol verwachting. Rond het stadion op het grasland een kleurige verzameling tentjes en kraampjes waar gegeten en gedronken kan worden. Mensen die te paard zijn gekomen hebben het dier aan een paal geparkeerd. De deelnemers aan de openingsceremonie staan geduldig in een rij te wachten op hun beurt, het publiek dat zijn plaats zoekt kan er gewoon tussendoor lopen.
Precies op tijd gaat het beginnen. De presidentiële garde te paard komt het stadion binnen, gevolgd door een bonte stoet van cavaleristen in verschillende kostuums uit verleden en heden, de worstelaars en de boogschutters. De paardenraces zijn buiten de stad al aan de gang. Ruitertjes van 5 tot 12 jaar racen 10 of 30 kilometer door de heuvels bij Ulaan Baatar.
De openingsplechtigheid bestaat uit een vaandelgroet met de paardenharen vaandels met stroken vredesvlag, gevolgd door de toespraak van de president. We voelen ons als op de Olympische Spelen. Een prachtige show op het middenterrein, waarbij zelfs het massale leger van Chenggis Khaan aantreedt en een slagveld naspeelt. Een enorm orkest met traditionele muziekinstrumenten en kostuums speelt een muziekstuk dat ons kippenvel bezorgd, zo mooi en harmonieus.
Na de ceremonie kunnen we op het hele festivalterrein in en buiten het stadion genieten van het boogschieten, enkelbotschieten, en worstelen. De sporters zijn bij wijze van spreken aan te raken. Het is indrukwekkend om mee te maken hoe ontspannen, vrij, gemoedelijk en trots een volk zijn grote tradities viert. Het voelt als een geschenk om daar even deelgenoot van te mogen zijn.