Sabah
Survivor island
We zitten op Pulau Tiga, ook wel bekend als "survivor island", aangezien er hier in het verleden opnames zijn geweest voor de Amerikaanse versie van survivor.
Door de randverschijnselen van een tyfoon, die over de Filipijnen raast, is ook hier het weer ontstuimig met veel wind en af en toe een hoosbui.
Aangezien we niet kunnen duiken vanwege bovengenoemde omstandigheden en weer een dag stil zitten ook zo saai is, besluiten we met zijn tweeën een wandeling te maken door de jungle. Hiervoor moet je je afmelden bij de receptie en voor de zekerheid slaat Fred het telefoonnummer van de lodge op in zijn GSM.
Om 9.00 uur vertrekken we voor een tocht van 3 uur, zijn we mooi op tijd terug voor de lunch. In de jungle worden we al snel opgehouden door grote poelen water en omgevallen bomen, waar we omheen, overheen of onderdoor moeten. Na enige tijd komen we bij een hutje vlak aan zee, en hier staan wat borden, we volgen de richting van de modderpoel, deze is zeer dichtbij de lodge, weten we. Echter op de borden stond nog 500 meter, na 1500 meter hebben we nog steeds niks gezien. We lopen verder en verder en komen aan op weer een strand. Volgens Fred zijn we veel te ver, Jeannette twijfelt en wil verder. Toch ziet het er niet uit dat we veel verder kunnen, onderweg zijn de nodige borden omgevallen, we hadden de modderpoel niet gezien, zijn al ruim 3 uur onderweg, dus………
We proberen de lodge te bellen, maar hebben geen signaal. We besluiten terug, bergop, te gaan tot we een signaal hebben. Na geruime tijd lukt het om te bellen, geen probleem, ze sturen iemand om ons op te halen. Na 5 minuten gaat weer de telefoon, of we terug naar het strandje kunnen gaan, pikken ze ons op met de boot. Prima, ondanks dat het toch weer een fikse wandeling is en ook het water langzaamaan op raakt.
Terug op het strand ziet Jeannette gelijk de boot in het water liggen, ze trekt haar schoen uit en waadt er naar toe. Ook Fred heeft zijn schoenen al uit en volgt. De bemanning stuurt ons nu weer terug naar het strand, ze pikken ons daar op.
Dan gaat het enorm mis, de golven slaan aan de achterkant in de boot en voor ons ogen zien we de boot zinken. Gelukkig wel vlak aan de kant, zodat deze niet geheel onder gaat, wel staat hij vol water, doordat de golven vrij spel hebben.
We proberen de boot te keren met de boeg in de golven, maar het leed is al geschied en er komt geen beweging in. De stuurman gaat te voet door de jungle om hulp, met zijn drieën blijven we een vergeefs gevecht houden met de zee. We krijgen de boot nog wel een kwartslag gedraaid, maar daar houdt het op.
Na een uurtje komt er versterking, ze beginnen gelijk te hozen. Hopeloze zaak natuurlijk, je schept er 4 emmers uit en komen er 8 terug bij.
Weer gaat er een mannetje terug naar de lodge voor meer hulptroepen, ook vraagt Fred om water, hij heeft inmiddels enorme dorst en er is geen drinkwater meer.
De achtergebleven mannen weten even niet wat te doen en vermaken zich met wat takken op het strand. Dan komt er iemand toch met een goed idee. Er worden twee boomstammen uit de jungle gehaald en door deze als hefbomen te gebruiken, is het mogelijk om de boot iets verder op het strand te krijgen en deze nu wel leeg te scheppen.
Dat leeg scheppen valt nog aardig tegen, er is niet alleen een hoeveelheid water in de boot gestroomd, ook een grote hoeveelheid zand ligt er in, dit is er moeilijker uit krijgen.
Toch lukt het om de boot leeg te scheppen en met behulp van de boomstammen krijgen we de boot ook weer in het water. Daar blijkt dat er onder het polyester dek ook nog het nodige water en zand zit.
Het gehele dek wordt eruit gesloopt en weer gaat men met oude flessen en emmers aan de slag. Fred, staande in het water, voelt dan ineens iets vreemds aan zijn voet, een beest???
Hij schudt het met moeite af en haalt zijn voet uit het water. Hij blijkt te zijn gebeten door een vis, de tandjes staan mooi in zijn wreef. Wat het is geweest zal altijd een raadsel blijven, zo slecht was dus het zicht in het water.
Eindelijk is de boot zover dat hij kan varen, moet ook wel, want de omstandigheden worden zodanig dat we direct moeten vertrekken, anders is dit niet meer mogelijk die dag.
Wij gaan met 4 anderen met de boot, de rest gaat te voet. Onderweg zijn de golven inderdaad al enorm hoog en langzaam naderen we de lodge, aan de andere kant van het eiland. Hier varen we gelijk naar de kant, de boot moet eruit voor verdere schoonmaak en reparatie. Morgen komen er immers weer nieuwe gasten en dit is de enigste overgebleven boot. De andere is op exact dezelfde wijze gezonken en daar doen beide motoren het niet meer van.
Om 16.30 uur zijn we dan eindelijk terug, eerst het verloren vocht bijvullen en een lekkere warme douche. Dit is dus de reden van de naam "survivor island".