Een vleugje geiko’s en maiko’s op een bedje van tempels
Een vleugje geiko’s en maiko’s op een bedje van tempels
KYOTO
De Vlaming en zijn kerktoren
Op weg naar Kyoto horen we iets wat we al héél lang niet meer gehoord hebben: Vlaams! Dat moet ruim drie maanden geleden zijn dat Vlamingen ons pad kruisten. Want, let’s face it, Belgen lijken geen grote reizigers te zijn. Nederlanders zijn we overal al wel tegengekomen. Misschien niet in grote getale, maar toch.
Wat ons opvalt is dat er erg veel Franse toeristen in Japan rondlopen. Dat vinden we dan toch weer verassend. Maar een Vlaming? Neen; die zitten over ‘t algemeen misschien toch liever in d’ Ardennen of Blankenberge?? Of onder hun kerktoren? Wie zal het zeggen?
Betaalparkings zoals we die (nog) niet kennen
Kyoto voelt in elk geval veel toeristischer aan dan Tokyo. In Tokyo waren we vaak duidelijk de enige Europeanen in de metro of op restaurant. Dat is hier anders en dat komt ongetwijfeld door het aanbod prachtige tempels dat Kyoto rijk is. Ze zijn haast niet te tellen. We blijven vijf nachten in de stad om er zeker van te zijn dat we geen van de highlights missen. Ons verblijfje is niet ideaal gelegen om de trekpleisters te bezoeken, maar we beschikken over fietsen, dus is het logisch dat we voornamelijk per fiets op ontdekking gaan. Gezien het mooie weer is dat ideaal.
Ik val zowat van m’n fiets wanneer we ontdekken dat hier betaalparkings zijn voor uw tweewieler! Op sommige plaatsen een Euro per uur! Dat ze daar nog niet aan gedacht hebben in Mechelen…
Traditioneel en commercieel gaan hand in hand
Op dag één bezoeken we het Imperial Palace, de Nishiki Market en de boeddhistische tempel Kiyomizu-dera.
Zo’n lokale markt is toch altijd iets bijzonders. Bart heeft geen moeite met het verorberen van dingen waar m’n maag van keert.
Aan de Kiyomizu-dera is het een drukte van jewelste. Hoewel de eigenlijke tempel gerenoveerd wordt en dus in de steigers staat, loont het de moeite om de andere felgekleurde gebouwen, zoals de pagode, te bekijken. De dames die er in kimono rondlopen zijn meestal zelf toeristen die de traditionele kledij huren voor enkele uren om de tempel(s) te bezoeken. Had ik al gezegd dat Japanners soms een beetje vreemd zijn? :-)
Tempel-mania
De dagen die volgen, worden aan elkaar gerijgd met tempelbezoeken. De Kinkaku-ji, met zijn gouden drijvende hal, en de Fushimi Inari-Taisha zijn onder andere dé tempels die symbool staan voor het Japan zoals je je het had voorgesteld als toerist. Het speciale aan het Inari complex (dat eigenlijk uit verschillende tempels bestaat) zijn de 10 000 (!) fel oranje gekleurde poorten die je door moet om de tempels te bereiken. We hebben ze niet geteld. De weg er naartoe is, voor ons allezins, spectaculairder dan de tempels zelf. De tempels representeren het Shinto, sinds vele jaren het officiële geloof van Japan. Nochtans zijn er heel veel boeddhistische tempels en lijken de Japanners een mix van beiden te practiseren.
Daar waar het boeddhisme de klemtoon legt op ‘de toekomst’ en wat je moet doen om u te verzekeren van een goed leven NA dit leven (reïncarnatie), focust het Shinto meer op ‘het nu’. Volgens het Shinto heeft het weinig zin om te bidden voor een goed volgend leven, want iedereen gaat standaard naar het paradijs. De Shinto-aanhangers bidden dus voor zaken die ze willen in dit leven.
Ze aanbidden ook wel goden, maar beelden deze niet af of uit. Als je mensen ziet bidden voor een leeg altaar (één zonder beelden), dan betreft het een Shinto-tempel.
Offerande-mania
Maar Shinto of Boeddhistische tempels, ze hebben wel een opvallend ding gemeen: overal kan je prullaria kopen die ervoor moeten zorgen dat je wensen uitkomen. Die geluksbrengers kan je ergens aan de tempel ophangen voor…
- goede schoolresultaten
- het vinden van de liefde
- een goed huwelijk
- de verwekking van een kind
- een gemakkelijke bevalling
- een succesvolle carrière
- …
En geld dat hieraan besteed wordt; niet normaal! Wanneer we een muur langslopen waar honderden mensen een vlaggetje hebben opgehangen om ‘succes in business’ te vragen, voegt onze gids er langs haar neus weg aan toe: “Veel succes zullen ze wel niet hebben, als je er maar een vlaggetje van 200 yen voor over hebt…” En ze meent het, hoor!
Ze vertelt ook dat wel een miljoen gelovigen hier samenkomen op de eerste dag van het jaar. De dingen die tijdens het jaar worden geofferd, zoals saké, worden dan uitgedeeld onder de gelovigen. Haar woorden zijn nog niet koud of we zien een priester een karafje saké op de grond kwakken.
Mysterieus Kyoto
Bart heeft een favoriet onder al de tempels, met name de Shoren-in. Dat heeft niet zozeer te maken met de tempel an sich, maar eerder met het feit dat we hem betreden wanneer het al donker wordt. De tuinen van de tempel hebben ze opgesmukt met allerlei licht-effecten, waardoor het er sprookjesachtig uit ziet.
Kyoto is tevens één van de weinige plekken waar er nog een authentieke geisha-cultuur leeft. Er is een specifieke wijk (Gion) waar er nog vele exclusieve theehuizen bestaan, afgeschermd met mooie bamboo-papieren schuifdeuren, en waar geiko’s en maiko’s voorname gasten entertainen. Het blijft een mysterieuze wereld voor ons, maar enkele keren per jaar doen ze een opvoering voor publiek; meestal in mei. En wij hebben toch wel tickets bemachtigd zeker?!
Het is een speciale ervaring en ik heb geen bal van het verhaal begrepen, maar ik kan u wel vertellen dat de show geenzins lijkt op de French Cancan!