Sumatra

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Sumatra image

Sumatra

Sumatra
Indonesië
EvanderHel

Harige liefde in het regenwoud

Vier intelligente ogen kijken me aan. Mijn ogen, met op dat moment de size van vliegende schoteltjes, kijken verwonderd terug. We staan stil en het oerwoud houdt haar adem in. Knappende takken als mama haar grote harige knuisten op de grond zet en voor me uit gaat. Baby heeft bovenin de toppen van de hoge bomen al zijn kleine duim opgestoken. Het leverde hem een gratis lift op van zijn moeder.

Ik volg in haar voetstappen en houd mijn adem in. Niet dat ik me daar bewust van ben. Het enige waar ik oog voor heb is dit harige, lieve, oranjerode stelletje. Wat een geluk dat ik dit zo mag meemaken, mijn hart wordt groter en het zingt apennoten, tranen trekken sporen over mijn warme gezicht, een pittig Sumatraans brok emotie zit in mijn keel en ik krijg het niet weg. Ik kan er niet mee zitten.

Een paar uur eerder…
‘Sjeezus zeg, waar ben ik aan begonnen?!’
‘Niet zeiken van der Hel, jij wilde met alle geweld hierheen.’
‘Ja huhuh, ’t is ook geweldig gaaf maar ik ben m’n inhalator vergeten *hijg* en ik zou het toch wel fijn vinden *puf* als ik hier tijdens het klimmen in de vochtige jungle *hijgpufpuf* gewoon adem kan blijven halen. Het is maar een detail en…’

… Zwieppppp, plof. Elegant maak ik een winnende funniest home video schuiver en val met m’n billen in de modder. Bovenop een familie giant ants die er de lol niet van inzien en de rode vlag uithangen in combinatie met hun klapperende gebitjes vanwege het dreigende gevaar. Ik weet niet hoe snel ik weer moet opstaan. Gelukkig ziet verder niemand het. Behalve de gidsen. En manlief. En twee Japanse toeristen met de formaten van een afgetrainde Tante Sidonia en een mannelijk Olijfje, die luchtig en lichtjes klauteren en daarbij maar door blijven ratelen in hun sushi taaltje. Iedere boom is fotogeniek en daar moet bij worden geposeerd. Normaal zou ik daar ernstig de balen van hebben gekregen maar nu niet. Kan mijn astmatische bronchidinges even op adem komen.

Stomme muts, denk ik bij mezelf.
‘Handige Harry’, zegt Rob maar helpt me ondertussen wel waar hij kan. De gidsen zijn erg enthousiast maar ook begaan en beloven me dat we straks alleen nog maar naar beneden gaan. Mijn kuiten klapperen van geluk. Straks! Maar straks blijft héél lang straks. Zeker Indonesische timing… Ik laat het de pret niet drukken en geniet met gierende ademteugen. Ondertussen bonkt mijn hart van verwachting want wanneer ga ik die pluizige apen zien? Die hét symbool zijn van de grote regenwouden in Azië? Die grote bekendheid genieten over de gehele grote aardbol terwijl veel lokale bewoners er nog nooit een in het wild gezien hebben. Die zo onbegrijpelijk met uitsterven worden bedreigd door vreselijke menselijke activiteiten. En die door diezelfde mens ook weer gered moet worden…

Sssstt’.
De gidsen staan stil. Ze luisteren ingespannen en wenken ons dan mee. In looppas gaan we achter de drill instructors aan en dan wijzen ze omhoog. Ik verrek m’n nek, tuur en staar en zie dan beweging. Het is de camera van ’t Japanse stel die voor mijn gezicht langs omhoog gaat. Daarom zet ik een paar stappen opzij en dan zie ik twee Orang Oetans zweven. Aan lianen en het gaat vrij rap. Ze scheren hoog over onze hoofden, het is een prachtig spektakel waarvan Tarzan nog wat zou kunnen leren. Door het gebeuren heb ik nieuwe energie gekregen en vol frisse zweetdruppels gaan we door met onze boswandeling waarbij we paden betreden waarvan ik zeker weet dat deze niet als pad bedoeld waren.

En dan, slechts minuten later, zien we in de hoogte mama Orang met de kleine in de boom zitten. De kleine Oetan haalt apenstreken uit, mama laat hem lekker uitsloven en zit met haar rug tegen de boomstam. Dan springt hij bij moeders op schoot en zij besluit dat het tijd is om naar beneden te komen. Ik sta het dichtst bij de boom en kijk de gids vragend aan. ‘It’s okay, but don’t move’. Doodstil blijf ik staan en volg het tweetal met mijn ogen de boom uit waarbij mama op geringe afstand voor me op de grond gaat zitten en daarna kalm naar een omgevallen boomstronk loopt waar ze gaat zitten poseren, het kleintje veilig weggekropen tussen de lange en beschermende armen van moeders. Waarbij hij dan wel regelmatig zijn vertederende koppie laat zien want zo nieuwsgierig is ‘ie toch wel.
Ik zit er op mijn hurken bij op zo’n 3 meter afstand, de rest staat iets verder maar we genieten allemaal. En hoewel de camera overuren maakt, kijk ik ook intens naar deze mooie dieren zonder die lens ertussen. Deze bijzondere beelden sla ik op in mijn hoofd waar ik ze niet hoef af te drukken om ze te kunnen bekijken.

Vier intelligente ogen kijken me aan. Ze zijn zacht, bruin, warm en ondeugend tussen die woeste oranje haren. Dit mag toch nooit verloren gaan? Ik sluit deze dag en deze dieren in mijn hart.

Het is harige liefde op ’t eerste gezicht.