Flores
Op de thee bij de nonnen
“Pater Kühne, pater Kühne…”, roept het eerste nonnetje.
“Hallo, aangenaam kennis te maken”, schudt Mike haar de hand.
“Je lijkt op hem. Op Pater Kühne”, en het nonnetje wijst op zijn gezicht.
“Oh, oh, Pater Kühne”, zegt daarop weer een andere zuster als ze de eetzaal van het klooster binnenkomt.
“Dit is de kleinzoon van pater Kühne”, met tranen in de ogen, kijkt het twee hoofden kleinere vrouwtje op naar Mike.
Ze slaat een arm om zijn middel.
Thee en koekjes
We worden omringd door een zestal nonnen, waarvan slechts zuster Marie redelijk Engels spreekt. “Ga zitten, ga zitten”, vervolgt waarnemend moeder-overste. Thee en koekjes komen op tafel. Mike wordt wat ongemakkelijk door alle aandacht die dit vrouwelijk schoon op hem richt. “Hij is echt onze vader. Pater Kühne. We hielden van hem”, en ondertussen schenkt ze een mierzoet kopje thee in. We kijken uit over het schiereiland van Ende. Een stadje op het eiland Flores met een fantastische ligging. Ik knijp mijn ogen tegen het felle zonlicht. Het is wederom een mooie dag.
Missionaris
Meneer Kühne is de broer van Mikes oma (101). Eind 1930 emigreerde hij naar Flores, om net zoals zoveel andere Nederlanders in die tijd, als missionaris op te treden in het katholieke geloof. Dat deed hij niet onverdienstelijk. Onze zoektocht naar pater Kühne werd daardoor slechts een kwestie van rondvragen op de juiste plek. We toveren het inmiddels verfrommelde papiertje uit onze backpack en bekijken het adres nog eens. Ook al is Ende de grootste stad van Flores, het blijft er eentje van weinig formaat. Binnen tien minuten staan we voor de kathedraal met een imposant Christusbeeld bij het entree. Slechts een paar straten van ons hotel vandaan.
Zoektocht
Aangezien weinigen op Flores Engels spreken, start Mike met twee woorden:
“Pater Kühne?”
Na een aantal keer de naam op verschillende wijze uitgesproken te hebben, geeft deze pater eindelijk blijk van herkenning. En hij gebaart dat meneer Kühne niet meer leeft.
De pater verwijst ons vervolgens naar de pastorie om de hoek. Daar ontmoeten we een andere meneer die pater Kühne ook nog van naam kent. Het klooster wordt gebeld en nog geen uur later zitten we dus op de thee bij de nonnen. Zo simpel is het om de contacten van de in 2001 gestorven pater Kühne op te sporen. Hij werd 91.
Herinneringen ophalen
Terwijl ik nog een slokje van de zoete thee neem, halen de nonnen oude herinneringen van hun vader naar boven en proberen die zoveel mogelijk met Mike te delen: “We hebben 23 jaar met pater Kühne geleefd en hebben veel van hem geleerd”, vertelt zuster Marie. Ze laat ons zijn vroegere kamer zien die nu gebruikt wordt als kantoorruimte in het klooster. Zijn foto hangt aan de muur. Het is een bijzondere bijeenkomst. Voor hen, maar eigenlijk ook voor Mike, ook al heeft hij zijn oudoom ooit eens als jongetje van drie ontmoet. Pater Kuhne heeft veel betekend voor het congregraat en we blijken hoog bezoek te zijn. Zuster Marie is een kordate dame en maakt meteen plannen voor de volgende dag.
Met oma op stap
Zo zitten we de volgende ochtend aan de ontbijttafel in het klooster. “Vandaag gaan we de hele dag picknicken”, zegt de alleraardigste zuster. Ze wikkelt de gesmeerde broodjes in papieren servetjes, hult ze in een boterhammenzakje en overhandigt die precies zoals een lieve oma zou doen: met een hartelijk glimlach. Wat een schatje! Natuurlijk konden we de vorige dag geen nee zeggen tegen de uitnodiging om vandaag naar de begraafplaats van pater Kühne te rijden.
Evenals de dag van gister, leggen we dezelfde rit af op de motor door het groene berglandschap van Flores. Deze keer niet naar de drie gekleurde kratermeren van Kelimutu. We stoppen in het bergdorp Wolowatu voor een ochtendlunch. Met gemak drinken we de heerlijke bakso op – een soepje met gehaktballetjes en groenten. Vandaag voelt het even, alsof we weer met oma op stap zijn.
Kippenvel
Als we aankomen bij het klooster in Jopu, zien we de begraafplaats al liggen. “Kom, eerste deze kant op”, en zuster Marie wijst ons de weg naar een klein kapelletje. Een verschrompeld vrouwtje, zit in de gebedsbanken. Al snel merken we dat dit klooster, een verzorgingstehuis is voor bejaarde zusters. We worden kamer voor kamer voorgesteld aan de nonnetjes. Het ene dametje kan haar bed niet meer uit, de ander beweegt zich voort in een rolstoel, terwijl de ander met haar stok nog ‘kwiek’ door de wandelgangen loopt. En ja, allemaal kennen ze pater Kühne. Met best een beetje kippenvel op mijn armen, maken we kort kennis met de dametjes.
Bidden
Dan is het tijd om te bidden voor pater Kühne. We begeven ons naar zijn graf. Omdat hij zoveel heeft betekend voor de zusters, is de pater vlak naast het klooster begraven. Het blijkt een opzienbarend groot graf, waaruit blijkt dat de broer van Mikes oma een geliefd man was. Moeder-overste start het gebed. En zo staan we zeker tien minuten stil bij pater, broer en oudoom.
Voor mij een onbekende; maar na dit bezoek iemand om nooit meer te vergeten.
In de harten van de nonnen.