Indonesië

Reisgids

Reistips

Nieuws

Beste reistijd

Regio's en steden

Foto's

Reisreportages

Praktisch

Indonesië image

Strand op Sumba

Indonesië
Azië
Amadota

Strand op Sumba

De jeep is afgeladen vol. Als ik goed geteld heb zijn het in totaal 22 kinderen in, bovenop en aan de auto. Ze wilden allemaal maar wat graag mee naar het strand. Een schoolreisje, maar dan anders. In het dorp, bij de kerk, staat nog een tweede groep kinderen te wachten. Straks zal de jeep terug rijden om die groep op te halen. Wij zijn er gelukkig bijna. Het wordt plakkerig in de auto.Vijfhonderd meter door een soort van bos en we zullen bij het strand zijn, vertelt de chauffeur. In mijn oren suist de zee al. De kinderen zingen.

Om het strand op te kunnen moeten we door het restaurant van een Australiër. De beste man beheert hier een afgelegen resort; om echt en exclusief tot rust te komen, zoals mijn eigengemaakte cliché-slogan voor dit onderkomen luidt. Erg druk is het niet. Een understatement; er is niemand. Wacht even. Het beeld van een luxe resort in een Bounty-omgeving dat zich nu in uw hoofd heeft gevormd kan ik makkelijk uiteenslaan. De Bounty-omgeving is er namelijk wel. Maar luxe niet. En dat is prijzenwaardig, wanneer je de huizen van enkele kilometer verderop hebt gezien.

Luxe is trouwens met deze schitterende omgeving zelfs overbodig. Geloof mij. Het warme zand kietelt onze voeten. In de verte zie ik enkele surfers met de golven spelen. Wij blijven hier. Waar de golven niet echt opgestuwd worden. Maar voor de kinderen is het genoeg. Rechts zie ik twee jongens sierlijk met elkaar vechten. Vlak voor mij staat een groep jonge meiden – ze wensen dat er een foto van ze gemaakt wordt. En achter mij stellen twee jongens zich op. Wie het eerst bij de zee is. Drie. Twee. Go! Iedereen lijkt lol te hebben en vermaakt zich. Mijn oog valt op een jongen aan de waterkant. Hij speelt niet, maar staat stil. Doodstil.

De jongen draagt een voetbalshirt. Pirlo staat er met grote letters achterop. Ik vraag me af of hij weet wie dat fenomeen is. Alhoewel, wat doet het ertoe. Zou hij de letters überhaupt kunnen lezen? Weet de jongen dat – in de verte – achter de horizon andere landen liggen? En dat ze daar pasta eten in plaats van rijst? Ik lach mezelf uit. Een vermaard interviewer ga ik nooit worden. Uit de bosrand duiken plotseling twee jongens op. Ze hebben vrij weinig aan en ik herken ze niet. Het zijn vreemden. Wanneer ze mij zien schrikken ze en draaien zich snel om. Schaamte voor de witte man en ik weet niet wat te doen.

Inmiddels sta ik naast de jongen en kijk hem vriendelijk aan. Hij kijkt niet terug. Zijn blik is gericht op de zee. Verbaasd schieten zijn ogen van links naar recht. Op de deining van de golven blaast hij adem uit. Zijn voeten staan op het natte zand, maar hij lijkt op te zijn gegaan in de zee. Het zoute water heeft een lach op zijn gezicht achter gelaten.

Doet hij dit altijd, vraag ik mezelf af. Voor hem in de zee springen zijn leeftijdgenoten in het rond. Overal om ons heen horen we vrolijke geluiden. Maar Pirlo staat stil aan de waterlijn. Ik snap er niets van. Ga toch lekker spelen! En ik wil hem door elkaar schudden. Hard door elkaar schudden. Laat de ouderen toch piekeren en geniet zelf van de vrijheid. Een traan rolt over zijn wang. Ook dat nog. Dan opeens begint hij te praten. ‘De zee is nog mooier dan papa had verteld.’ Hij trilt ervan. ‘Echt leuk dat jullie ons hebben meegenomen.’ En hij kijkt me voor het eerst aan. Dankbaar.

Zijn eerste keer bij de zee, op nog geen tien minuten van het dorp. Ik ren de zee in duizenden kilometers van huis. En duik onder water om het een en ander van mijn vieze lichaam af te schrobben. Ik blijf lang onder water. Uiteindelijk laat ik me boven drijven. De jongen is weg. Hij voetbalt met de anderen. Zijn shirt dient als doelpaal.

Foto's

b982e.jpg
b982e.jpg
Amadota
178e5.jpg
178e5.jpg
Amadota