New Delhi
Reiskoorts deel II
... India dus.
Ik kocht alle boeken die ik kon vinden, surfde het ganse internet af op zoek naar informatie.. Ik meldde me bij een organisatie voor vrijwilligerswerk, via wie ik al eerder had gewerkt, destijds in Kenya. Ik kon terecht in New Delhi, in een onderwijs-project voor straatkinderen.
Twee weken voor vertrek begon de ellende.. ik werd bang, bang voor heimwee en bang dat ik de ellende van India niet aan zou kunnen. Bang dat ik ziek zou worden. Bang dat ik niet terug zou komen.. Iedere mug werd een olifant en bleek ook een olifant toen ik uit het vliegtuig stapte. De hele reis was ik ziek van ellende. Twee maanden leken onoverkomelijk.
Zodra het vliegtuig geland was, stormde de spreekwoordelijke olifant op me af. De scherpe geur, de wirwar van mensen, geluiden, de bedelende handen, de vuiligheid, de stoffige lucht.. Ik was in een totaal andere wereld gestapt.
Nadat ik mijn backpack had opgehaald ging ik op zoek naar de chauffeur van mijn hotel die me op zou halen. Honderdzevenentachtig bordjes in de lucht, maar mijn naam stond er niet tussen. Ik loop op en neer, kijk mensen vragend aan en mensen kijken vragend terug. Niets.. Ik loop naar buiten, misschien staat hij daar te wachten?
BAM, een levensgrote muur van mensen waar ik tegenaan loop. De taxi- cq rikshawdrivers van Delhi die allemaal hopen op een goedbetaald ritje voor een onwetende toerist die wellicht nog geen benul heeft van de waarde van de nationale rupees.
Handen graaien, kelen rochelen, mijn rugzak wordt haast in stukken gereten.
"Ma'am, rickshaw here, only 100 rupees! " ' Ma'am, taxi here, best in town' " Baksheez!!"
Ik draaide me om en vluchtte naar binnen. Na een uur ellendig op mijn backpack zitten mokken is de meute vertrokken en wordt het angstvallig stil op het vliegveld. Tegen een paal staat een Indiase driver op zijn gemak een peukie te draaien.. Tegen zijn been staat een bordje. Ik loop erop af en draai het bordje om. " Miss Suzanne Pijnenburg' staat erop.. Ik kan de beste man wel vervloeken, maar tegelijk voor hem op de knieen vallen, zo blij ben ik hem te zien. ' That is you? ' Ja, natuurlijk, wil ik schreeuwen, welke andere blanke zie je hier nog?
Onderweg val ik van de ene verbazing in de andere. Zelfs 's nachts, of misschien vooral 's nachts, is Delhi een indrukwekkende metropool van tegenstellingen.. Dure kantoorgebouwen tussen op elkaar gestapelde krottenwijken..
In het hotel aangekomen blijk ik nog tot minimaal 04.00 uur op mijn kamer te moeten wachten, dus zeig ik vermoeid neer in de eerste de beste stoel. Ik raak aan de praat met een Canadees. ' First time to India? ' vraagt hij. Reken maar van yes.
Jeff blijkt ook voor het eerst in India te zijn en we besluiten elkaar de volgende dag te treffen voor het ontbijt om samen de olifant India te verslaan.
De volgende ochtend tref ik Jeff op zijn balkon ( voor hetzelfde bedrag kreeg hij een riante kamer met balkon en ik een piepkleine cel zonder ramen) en staren we naar het straatbeeld. We blijven pakweg twee uur zo zitten. Totaal onder de indruk.. We durven niet zo goed naar buiten te gaan. Uiteindelijk lopen we tot de hoek van de straat en vluchten terug naar onze veilige haven.
We blijven enkele dagen in Delhi en bezoeken het Red Fort en de Jama Mashid. Langzaamaan begint India te wennen en al gauw beweeg ik me moeiteloos door enorme mensenmassa's en negeer ik de constante roep om baksheez en alle irritante verkooppraatjes die me worden opgedrongen. Ik begin te genieten.
En ik ben blijven genieten. De reiskoorts steekt in volle hevigheid de kop op.
Ik zuig India in me op tot mijn zintuigen afgestompt raken. De beelden, de geuren, de mensen, de taal.. Ze zeggen wel eens dat je ofwel van India houdt of het haat. Ik kan me beiden enorm goed voorstellen, maar ik hou ervan! Het vrijwilligerswerk bevalt me. Hier hoef ik geen stenen te sjouwen of muren te bouwen die toch nooit een gebouw zullen vormen omdat het geld op is of omdat de locals er geen moeite voor willen doen. Hier hoef ik alleen maar te laten zien dat ik aandacht heb voor kinderen. Ook voor de kinderen die door hun eigen maatschappij zijn uitgekotst en de grond in zijn gestampt. Ik merk dat iedere blijk van waardering, alle aandacht en iedere aanraking zoveel teweeg brengt bij die kinderen dat dit project voor mij meer dan geslaagd is.
Uiteindelijk ben ik blij wanneer ik na twee maanden India weer in Nederland sta. Ik heb tijd nodig om te herstellen van de storm aan emoties en indrukken die ik heb moeten verwerken. Maar ik betrap mezelf er na twee weken alweer op dat ik de reisaanbiedingen in de gaten houd. Ik google weer, ga mijn spaargeld weer tellen... Ik wil alweer weg, verkennen, ontdekken, vertellen, registreren, bewonderen, me onderdompelen.. HEt onbekende trekt aan mij en laat me niet meer los. De reiskoorts is terug om nooit meer te verdwijnen, en alles wat ik kan doen is eraan toegeven.. Ethiopie volgt, nogmaals India en over twee weken voor de derde maal India. Ik weet zeker dat ik nooit meer van deze koorts zal genezen.. En gelukkig, dat wil ik ook helemaal niet.
Ik ben benieuwd naar jullie verhalen..