Chalkidiki, in het noorden van Griekenland, is een schiereiland op zichzelf. Daaraan verbonden zijn de drie ‘vingers’ Athos, Sithonia en Kassandra. Fascinerend is het leven in Athos, genoemd naar de heilige, ruim 2000 meter hoge berg die het landschap domineert. Er liggen twintig kloosters, die al eeuwenlang worden bewoond en bezocht door volgelingen van de oosters-orthodoxe Kerk. Minpunt: kinderen en vrouwen zijn hier niet welkom. De overige schiereilanden, Sithonia en Kassandra, zijn wél voor iedereen toegankelijk en meer gericht op aardse genoegens. Je kunt er prachtig wandelen en er zijn ook een paar fraaie stranden. Om toeristen te vermijden is het wel noodzakelijk precies te weten waar je moet zijn. Buiten het seizoen zijn de dorpen juist volledig uitgestorven.

Ben je man genoeg, start dan je reis in Athos. Regel ver vooraf een permit, die drie dagen toegang geeft, inclusief verblijf in drie van de twintig kloosters. Begin bij willekeurig welk klooster en trek in drie dagen deze lap land rond. Wij zijn gestart bij Sint Panteleimonos. Via Megista Lavra eindigde onze tocht bij het Vatopedi-klooster. Met de pont reis je terug naar Ouranoupolis. Vandaar bezoek je eerst het middelste schiereiland Sithonia, om te eindigen bij Kassandra. Op beide bosrijke schiereilanden liggen diverse fraaie dorpjes en zijn er uitstekende mogelijkheden om te luieren aan mooie stranden, maar ook om te fietsen of lange wandeltochten te maken. Je rijdt naar Thessaloniki voor de vlucht naar huis.