Haar keukentje.
Haar keukentje.
Heb je honger? Laten we dan hier gaan eten.
Haar keukentje is klein, drie bij drie meter misschien.
Het lijkt een rommeltje als je binnen komt. maar als je gaat zitten kun je eens rustig alles bekijken.
Dan constateer je dat het geen zooitje is, maar een precieze samenstelling van benodigdheden.
Dit vrouwtje maakt Boaza's: gestoomde deegbolletjes gevuld met wat vlees en/of groenten.
Op de grond staat een koolbrander met een pan pruttelende rijstenpap om te drinken.
Er zit geen smaak of kraak aan dus krijg je er een bakje pittig gemarineerde witte wortel bij.
Als je rijstenpap op is krijg je automatisch ligt gezoute thee in het kommetje.
Terwijl je zo zit te peuzelen op je ontbijt bewonder je hoe ze als een volleerd danser door haar domijn balanceerd.
Het fornuis brand op hout, al haar afval en de gebruikte eetstokjes.
Het hokje is van top tot teen pikzwart.
De stoombakken met boaza's puffen er gestaag op los.
En dat krukje midden in de ruimte? Om op een rustig moment naar buiten te kunnen staren?
Die is zo geplaatst dat ze comfortabel nieuwe stokken in de haart kan leggen.
Haar werkblad is precies groot genoeg en verdeeld in twee helften.
De houten helft is voor het maken van deeg.
Kneden, een lange rol, de rol in stukjes hakken, bolletje draaien, plat cirkeltje kneden, vullen en dichtvouwen.
De kunst zit hem in het dichtvouwen, een hele behendigheid heb ik zelf mogen ondervinden.
De schaal met vulling doet vermoeden dat ze er nog heel wat te gaan heeft.
Een 20kg zak meel staat pertinent op de vloer naast haar werkblad.
Aan de muur hangt een zak met bakmeel waar af en toe in wordt gegraaid.
De andere helft van het werkblad staat aan de randen vol.
Haar condimenten, eetkommetjes, wegwerp eetstokjes en een groen/geel klokje staan precies juist geplaatst.
Wat er onder haar werkblad afspeelt kan ik niet zien, daar hangt netjes een gebloemd gordijntje voor.
Ze heeft maar twee piepkleine tafeltjes met drie lage bankjes.
Er is vast meer take-away dan in-dining met deze verhouding boasa'a/zitplaats.
Mijn tafeltje bevat een rol wc-papier, tandenstokers en chillies.
Het andere tafeltje staat vol thermoskannen.
Op een thermoskan plakt een kaars vast, voor als de stroom van het enigste peertje uit valt.
Ze heeft geen kraan maar een grote blauwe ton tussen fornuis en werkblad.
Met een plastic bakje schept ze telkens nieuw water in de wok voor verdamping.
In de hoek staat een bezem, een schop met 1m steel, twee emmers en een dweil.
Achter mij zijn drie treden die naar een nog zwarter hokje leiden.
Hout, vlees, meel, draagmanden aan de muur en een hele stapel wc-papier.
Het staat allemaal netjes opgedeeld in deze opslagruimte.
Ze kent haar weg, heeft een regelmaat, een ritme.
Hoe lang zit ze hier al?
Zou ze ooit van iets anders dromen als haar handen automaties door vouwen?