Wuzhen in de provincie Zhejiang ligt in een grote lagune met eilanden, meren en kanalen.
Het oudste gedeelte van de stad, waar we nu zijn, is meer dan 1300 jaar oud en is een echte waterstad, vergelijkbaar met Venetië. Hier doen de waterwegen dienst als straten, met markten langs de oevers.
We zijn overgevaren naar het centrum en lopen over bruggen en vlonders naar de straatjes op de oever.
Hier zie je een traditioneel huis, met kamers gebouwd rondom een binnenplaats. Er worden lantaarns (lampionnen) gemaakt met traditionele motieven, zoals pauwen en draken. De lantaarn speelt een belangrijke rol in het Chinese leven. Je ziet vooral in tempels rode lantaarns, die voorspoed en geluk moeten brengen. Er is zelfs een lantaarnfestival dat twee weken na het Chinees nieuwjaar gehouden wordt. De lantaarns die je hier ziet zijn vooral bedoeld als versiering voor de huizen.

Over de herkomst van het feest gaan verschillende verhalen rond. Het feest gaat in ieder geval zeker tweeduizend jaar terug. Volgens een lezing werd het gebruik om lantaarns op te laten rond het begin van de westerse jaartelling verspreid op opdracht van de Han Dynastie. In deze tijd was het boeddhisme in China in opkomst. Om boeddha te eren zouden monniken in opdracht van de keizer op de vijftiende dag van de eerste maan van het jaar lantaarns hebben opgelaten. Hierna zouden veel ‘gewone Chinezen’ dit gebruik over hebben genomen waardoor de traditie van het lantaarnfestival ontstond. (info Historiek)