Dit dier is het nieuwste slachtoffer van ivoorstroperij
In één eeuw is het aantal Afrikaanse olifanten met 97 procent gedaald. Alleen al in 2016 werden meer dan twintigduizend Afrikaanse olifanten gestroopt om hun ivoor. Nu de olifant in Afrika eindelijk beter beschermd wordt, verleggen stropers de focus naar een andere Afrikaans dier.
Het is moeilijk te bevatten dat iemand het over zijn hart krijgt om zo'n prachtig dier te stropen ... (Foto: Reisreporter corriedewinter)
De handel in nijlpaardentanden stijgt explosief. Het WNF concludeert dan ook dat nijlpaardentanden steeds vaker worden afgenomen ter vervanging van olifantenivoor. Grootste redenen: nijlpaarden worden minder goed beschermd dan olifanten, zijn kleiner en houden zich in kluitjes op in poelen. Bovendien zijn de tanden goedkoper en gemakkelijker te vervoeren dan olifantenslagtanden. Het materiaal wordt vooral verwerkt in uitgesneden ornamenten en is populair op de Aziatische markt.
Aziatische markt
Aangezien nijlpaarden niet officieel als ‘bedreigd’ en ‘kwetsbaar’ worden bestempeld, staan sommige Afrikaanse landen zichzelf toe om tot een bepaalde hoeveelheid tanden te verhandelen. De controle op de handel is echter ver te zoeken. Zo vonden onderzoekers in Hongkong – maar liefst negentig procent van de internationale handel in de tanden loopt via Hongkong – veertienduizend kilo ongeregistreerde nijlpaardentanden. Conclusie: er komen veel meer nijlpaardentanden binnen in Hongkong, dan exportlanden zoals Tanzania en Oeganda, zeggen te exporteren. Een kilo nijlpaardentand levert op de Aziatische markt ongeveer € 260 op.
Huidige status
Momenteel komen er nog 115.000 tot 130.000 nijlpaarden voor. De status van het dier is dus kwetsbaar. De dieren zijn indirect belangrijk als toeristische inkomstenbron. Volgens experts zijn de inkomsten uit het toerisme nog steeds vele malen hoger dan de inkomsten van de ivoorhandel. Reden te meer om de Afrikaanse nijlpaarden te beschermen.
