Iedereen miljonair in Zimbabwe
Om een brood te kopen in Zimbabwe moet je miljonair zijn: het kost tweehonderd miljoen Zimbabwaanse dollars om eentje te bemachtigen. Maar door de huidige inflatie is iedereen in Zimbabwe miljonair. Afgelopen maand is de jaarlijkse inflatie gestegen tot meer dan één miljoen procent. Ook als toerist krijg je ermee te maken.
Kleine supermarkten die niet meer verkopen dan afwasmiddel en
wc-papier. Bushaltes met enorme mensenmassa's, wachtend op een bus
die nooit zal komen omdat chauffeurs de brandstof niet kunnen
betalen. En toch gaat het dagelijks leven in Zimbabwe
gewoon door.
Tekorten op de consumentenmarkt
Reizigers naar Zimbabwe
kunnen problemen ondervinden van de wisselkoers. 'Steeds meer doen
zich tekorten voor op de consumentenmarkt, zoals bij brandstof,
zuivel, suiker, medicijnen enzovoorts. Het wordt geadviseerd uw
reizen per auto goed voor te bereiden en bij voorkeur in
groepsverband te reizen', zo luidt het advies van het Ministerie
van Buitenlandse Zaken.
Inflatie naar vijf miljoen procent
Onafhankelijke economische analisten verwachten dat de prijzen nog
verder zullen stijgen. Als er niets wordt gedaan, dan bereikt de
inflatie in oktober ongeveer vijf miljoen procent. Nu al is de
inflatie in Zimbabwe de hoogste ter wereld. Het is zelfs goedkoper
om bankbiljetten als toiletpapier te gebruiken dan om het papier
zelf aan te schaffen.
Prijzen stijgen per dag
Hyperinflatie is een zeer sterke inflatie. Bij normale inflatie is
de prijsstijging enkele procenten per jaar, maar bij hyperinflatie
kunnen de prijzen al per dag stijgen. Kapitalen die zijn opgebouwd
worden waardeloos, waardoor er een run komt op de bank door mensen
die al hun geld willen opnemen. Dat heeft tot gevolg dat veel
banken failliet gaan. Rekenen met geld wordt steeds lastiger: men
moet in duizenden, miljoenen en soms zelfs miljarden rekenen.
Een miljard voor koffiebonen
De situatie in Zimbabwe was vroeger heel anders. Kun je nu voor
iets minder dan een miljard slechts een klein pakje koffiebonen
kopen, tien jaar terug had je voor dat bedrag zestig nieuwe auto's
kunnen aanschaffen. Het liep mis met de Zimbabwaanse economie in
1997, toen politici miljoenen hadden gestolen uit een fonds voor
oorlogsveteranen. Ter compensatie besloot de regering alle
voormalige vrijheidsstrijders een maandelijkse uitkering te geven.
Alleen was daar totaal geen budget voor en zo onstond een
begrotingstekort. De Wereldbank en het Internationaal Monetair
Fonds trokken zich terug als geldschieters.
Kennisgebrek en geen geld voor investeringen
Destijds waren de verkiezingen in aantocht en president Robert
Mugabe besloot een groot deel van het land van rijke, blanke boeren
weg te geven aan zwarte Zimbabwanen. Zo probeerde hij de bevolking
voor zich te winnen en dat lukte: hij won de verkiezingen. Maar
zijn beslissing had tot gevolg dat alle boeren met kennis het land
uit werden gegooid, terwijl de hele economie juist draaide op
landbouw. Zimbabwanen die geen idee hadden hoe ze een boerderij
moesten leiden, kregen stukjes land. Een schrijnend gebrek aan
kennis en investeringen leidde tot steeds minder export, terwijl de
import steeds meer toenam. De Zim-dollar werd in rap tempo steeds
minder waard.
Oppassen met omwisselen
Voorlopig lijkt er nog geen oplossing te zijn voor de oplopende
inflatie. De regering zal blijven proberen zich letterlijk uit de
schulden te drukken. Toeristen die hun geld omwisselen voor
Zimbabwaanse dollars moeten dan ook goed opletten. De legale, door
de regering vastgelegde koers zorgt ervoor dat je maximaal de helft
krijgt van de werkelijke waarde van het geld. Daarmee komt de
zwarte markt in beeld, want daar kun je de regeringskoers
ontwijken. Deze manier van handelen is wel uiterst riskant.