De andere kant van Aruba
Houd het drukke westen van Aruba voor gezien en rijd eens naar de ruige, rotsachtige oostkust. Het is het oudste, minst bekende deel van het eiland en stemt de natuurliefhebber gelukkig.
In deze vulkanische wieg van
Aruba ligt Nationaal Park Arikok, dat een vijfde van het eiland
opslokt en nog het meeste aan het Amerikaanse Wilde Westen doet
denken. Cactussen (orgelpijpen en prickly pears) zover het
oog reikt. De rust is overweldigend. Officieel is het sinds 1995
een beschermd gebied, maar dat betekent niet dat dieren hier niets
van mensen te vrezen hebben. Tijdens een tocht te paard wijst onze
gids op een slang, die even verderop tussen verdorde takken
wegkruipt. ‘Dat is een boa’, merkt hij doodleuk op. ‘Geen inheemse
slang, maar binnengedrongen vanuit Zuid-Amerika.’ Ik bijt op mijn
tong terwijl hij uitlegt dat de wurgslangen een ware plaag vormen.
‘Ze verslinden alles wat op hun weg komt. Van de regering mogen we
ze doodmaken.’ Dit in tegenstelling tot de reptielen die wel
inheems zijn, zoals de Arubaanse ratelslang en renhagedis. In het
park vind je verder oude rotstekeningen van de Arawak, het inheemse
volk van de Cariben, en wandelpaden die naar onder andere
goudmijnen en ruines van plantages leiden.
Zwem zonder pottenkijkers
Met een terreinwagen (of mountainbike) kun je bij vuurtoren
California in het noorden van
Aruba een hobbelig, onverhard pad op en langs de ruige kust
verder naar het oosten reizen. Hier waait 365 dagen per jaar een
stevige wind en slaan de golven vergeefs op de rotsachtige kust. Je
komt zo bij Andicuri Cove, een van de mooiste en rustigste
strandjes van het eiland. Het ligt even voorbij de Natural Bridge,
een natuurlijke brug over het water, die enkele jaren geleden
plotseling instortte. Ideaal om zelf gevangen vis te barbecueën of
te zwemmen zonder pottenkijkers. Let op: normaal staat het
riviertje hier droog maar als het hard geregend heeft, houdt de
tocht hier op.
Help ezels uit de brand
De ezel is Aruba een vertrouwd
gezicht. Het lastdier komt niet oorspronkelijk op het eiland voor,
maar werd meer dan vijfhonderd jaar geleden geïmporteerd. In de
jaren zeventig raakte het voortbestaan van de wilde ezelpopulatie
op het eiland in gevaar toen een dodelijke ziekte bijna alle dieren
trof. Slechts twintig ezels overleefden de epidemie. Sindsdien is
het aantal gestaag gestegen, maar vormt het toenemende verkeer op
het eiland een gevaar. Bovendien zijn er veel hotels bijgebouwd en
zijn de dieren daardoor in het gedrang gekomen. In het Donkey Sanctuary Aruba, dat twee
vestigingen heeft, kun je op je vakantie het nuttige met het
aangename verenigen en een ochtendje gewonde, verwaarloosde en
mishandelde ezels helpen opvangen.
Dit artikel is geproduceerd door Columbus Travel (© Columbus Travel 2015)