CITYTRIP: Parma
Muziek en reizen begrijpen elkaar. Evenals Italië en opera. De van oorsprong Italiaanse muziekvorm trekt nog steeds volle zalen in de vooraanstaande operahuizen van grote steden als Milaan, Rome en Venetië. De naamsbekendheid van deze muziekbestemmingen zorgt er helaas voor dat reizigers vaak een kleine parel over het hoofd zien: Parma. De geboortestad van Verdi en Toscanini is net zo verzot op opera als op de twee plaatselijke specialiteiten, Parmaham en Parmezaanse kaas.
Geroezemoes vult de zaal van het langzaam vollopende Teatro
Regio. Het met engelen beschilderde koepelplafond weerkaatst de
vele stemmen. Zelfs voor Italiaanse
begrippen is het publiek goed opgedoft; het is een grote avond. Een
dame van rond de vijftig, strak in een roomwit mantelpak, gluurt
onder haar mascara door naar een jongedame in galajurk. Naast haar
neemt een man plaats die zijn programmaboekje intens bestudeert. In
de orkestbak worden nog even snel de instrumenten gestemd. Het
licht dimt, de zaal dimt. Iedereen wacht gespannen tot het
roodfluwelen doek opzij schuift en de zangers het podium
betreden…
Bloedserieus
De muziek in Parma kan en mag je niet over het hoofd zien. In de
Noord-Italiaanse stad, die zo’n kleine 200 kilometer ten noorden
van Florence
ligt, componeerde Verdi zijn eerste opera. Ook andere plaatselijke
beroemdheden als de dirigent Arturo Toscanini en de componist
Ferdinando Paer dragen bij aan Parma’s reputatie als muziekstad bij
uitstek. Als je door de middeleeuwse straten loopt, begrijp je
meteen dat de Parmezanen opera bloedserieus nemen – de stad ademt
drama en muziek. Tussen eind januari en begin april is het
operaseizoen in volle gang in het Teatro
Regio, Teatro Farnese, Auditorium Paganini en de Casa
della Musica. Opera’s van Verdi, begeleid door dirigenten als
Riccardo Muti en Bruno Bartoletti, vormen een constante in de
programmering. Laatste toevoeging: het Verdi Festival in
oktober.
Extreem Kritisch
Om aan de strenge eisen van het Parmezaanse publiek te voldoen,
worden alleen de beste stemmen in huis gehaald. Want als Parmezanen
iets niet zint, laten ze dat luid en duidelijk weten. De extreem
kritische plaatselijke operaliefhebbers doen niet onder voor hun al
even beruchte tegenhangers in Milaan.
Vroeger werden de minder getalenteerde zangers op het podium
genadeloos afgestraft met rotte tomaten, tegenwoordig komen ze er
vanaf met luid boegeroep. De vergelijking met roofdieren die
feilloos een zwakke prooi uit de kudde weten te halen, dringt zich
automatisch op. De kwaliteit van het podiumvlees moet koste wat
kost gewaarborgd blijven.
Rauwe ham
Ook wat andere vleessoorten betreft, zijn de Parmezanen echte
kenners. De plaatselijke specialiteit: Prosciutto di Parma, oftewel
Parmaham. Probeer de gedroogde rauwe ham en die andere lokale
lekkernij, Parmezaanse kaas, eens in het authentiek Italiaanse
restaurant Hostaria da Beppe (Strada Imbriani Matteo Renato 51).
Voor wat minder prijzige opties is het leuk over de markt op Piazza
Ghiaia te wandelen, waar je kant-en-klaarmaaltijden maar ook verse
ingrediënten voor een picknick kunt kopen. Ook de Piazza Garibaldi,
het kloppende hart van de stad, biedt legio mogelijkheden om even
uit te blazen op een terrasje en iets te eten.
Kastelen
Wie na al het muziek- en eetgeweld toe is aan rust, kan terecht in
het stadspark Parco Ducale aan de westoever van de rivier de Parma,
waar ook een imposant kasteel van de adellijke Farnese-familie
staat. Meer adembenemende kastelen en rust vind je in de omgeving
van Parma, in plaatsjes als Calestano, Fontanellato en, als
slagroom op de taart, Torrechiara. Bezoek dit kasteel 's ochtends, als het
nevelig is, en je kijkt uit over een tijdloos landschap waarin, met
een beetje fantasie, ridders op galopperende paarden uit de mist
opdoemen.
Het applaus
In het Teatro Regio zijn inmiddels na dik twee uur de lichten weer
aangegaan en komen de tenor, de bariton, de sopraan en alle
achtergrondzangers één voor één het podium op. Als de tenor
verschijnt, staat de hele zaal meteen op. Het applaus is
overweldigend, de tenor zet zijn knappe grijns op. 'Bravo!' klinkt
het uit verschillende hoeken. En dat is in één woord Parma:
bravo!