Column Matthijs de Groot: Ik hou van wild
Het is een belangrijke reden voor avontuurlijke reizigers om naar het buitenland te gaan. Wildernis. En dan heb ik het niet slechts over wilde dieren, maar meer over woeste natuur en landschappen, die je nog in grote delen van de wereld tegenkomt en het gevoel geven dat er elk moment onverwachte dingen kunnen gebeuren. Hier in Nederland vind je helaas geen ongecontroleerde natuurverschijnselen en onze natuurgebieden - hoewel heel mooi en gevarieerd - zijn alles behalve wild.
Dit jaar werd ik echter verrast door een stuk wildernis op en wel heel onverwachte plek. Op een onooglijk bedrijventerrein in Amersfoort lag het mooiste braakliggende terrein dat ik ooit heb gezien. Een aantal slimme mensen had namelijk besloten er een wilde bloemenwei van te maken. En of dat gelukt was! Al van ver straalden de kleuren van de vele duizenden bloemen me tegemoet. Gele meisjesogen, rode klaprozen, paarse korenbloemen, ganzebloemen en koriander. Het bleek dat ze maar liefst twaalf braakliggende terreinen hadden ingezaaid, in het kader van het jaar van de bij. Want de bij, die heeft het moeilijk en heeft dus hulp nodig. De veronderstelling is dat bijen last hebben van mijten, waardoor velen het einde van de winter niet halen. Maar sinds de dag dat ik de bloemenwei zag, weet ik wel beter. Het opende mijn ogen. Waar zijn de wilde bloemen gebleven? In het uur die ik vervolgens met de auto naar huis reed, heb ik op wat sneue exemplaren in een paar tuinen na geen bloem meer gezien. Helemaal niets! Geen wilde bermen, overwoekerde want vergeten akkertjes, geen bloemenzeeën in tuinen.
Laten we eerlijk zijn: dat het zo slecht gaat met de bij hebben we natuurlijk aan onszelf te danken. Zonder nektar en stuifmeel geen bijen. En zonder bijen geen appels en peren. Maar het is nooit te laat om er met z'n allen wat aan te doen. Ik begin bij mezelf. Ik had al een klein stukje wilde tuin, maar voor volgend jaar heb ik een deel van mijn tuin gereserveerd als wild gebied. Ik pak het net aan als in Amersfoort: niet bemesten, in het voorjaar een mengsel van wilde bloemenzaad strooien en het belangrijkste: het z'n gang laten gaan. Niet harken, snoeien en knippen. Het op natuurlijk wijze laten ontwikkelen. Zo verschijnen er schitterende planten en bloemen zonder dat ik ze heb hoeven planten. En de insecten en vogels zijn er blij mee. Laten we Nederland weer wat wilder maken! Doe je mee?