Madgaskar - Total Guide
Als een gigantisch, mythisch eiland duikt Madagaskar op uit de Indische Oceaan – het thuisland van duizenden zonderlinge beesten en een trots, geheimzinnig volk dat in de ban is van bizarre taboes. Alleen de meest stoutmoedige zielen riskeren een tocht door de Rode Zone, het wilde westen van het land waar wegpiraten, sjamanen en opgegraven skeletten continu op de loer liggen. ‘Ontsnappen is onmogelijk.’
Tekst: Mark Mackintosh, Fotografie: Louise ten Have
Helemaal over de rooie
Vliegende reuzenratten! Krijsende halfapen! Macabere
lijkopgravingen! Toen mijn moeder eenmaal wist dat ik naar het
wilde westen van Madagaskar
af zou reizen, deed ze goed haar huiswerk. Wekenlang werd ik
bedolven onder de e-mailtjes en telefoontjes over de bizarre
beesten en enge begrafenisrituelen die op me wachtten. ‘Het is net
Indiana Jones!’ schreef ze in één bijzonder enthousiast mailtje.
‘Alleen ben jij nou niet bepaald Harrison Ford. Kusje, je
moeder.’
Op de avond voor mijn vertrek belde ze aan met een survival kit in
de hand: een poncho voor de hoosbuien van het regenseizoen,
malaria- en migrainepillen, een EHBO-doosje en een
Engels-Malagassisch woordenboekje. En twee krantenknipsels over de
Zone Rouge. Ze nam me vast in beide handen. ‘Lieverd, ik weet dat
ik je misschien een beetje schrik heb aangejaagd de afgelopen
weken, maar alle gekheid op een stokje: Madagaskar
is een prachtland. Je gaat een geweldige tijd tegemoet. Zolang je
maar wegblijft uit de Rode Zone.’ Mijn moeder wees op een bloedrode
vlek op mijn kaart van Madagaskar, in de onverbiddelijke savanne
die grenst aan de tropische westkust van het eiland. ‘Dit is het
land van de Sakalava, het volk dat van de Bantoes op het Afrikaanse
vasteland afstamt en het westen van Madagaskar domineert. Het zijn
veeherders die met hun zeboes – een soort bultige ossen – de dorre
valleien afstruinen op zoek naar een beetje gras.’ Mijn moeder keek
me doordringend aan en zette haar wijsvinger pontificaal neer op
een vaag lijntje dat dwars door de Rode Zone slingerde. ‘Dat is de
enige weg die er doorheen voert. Een belabberd, deels onverhard
weggetje waar arme herders om de haverklap worden overvallen door
met machinegeweren rondbanjerende bandieten.’ Mijn moeder kneep me
net iets te hard in beide handen. ‘Beloof me dus één ding – dat je
niet de held gaat uithangen en dat godvergeten gebied links laat
liggen!’ Half verontwaardigd graaide ik de landkaart uit haar
handen en borg ’m veilig op in mijn rugzak. ‘Mam, natúúrlijk ga ik
mijn leven niet op het spel zetten voor een reisreportage!’ suste
ik haar. ‘Je kent me toch!’
Klik om te kijken of de papieren editie of de digitale editie nog beschikbaar is.