Venezuela - The Lost World image
Lkoedam

Venezuela - The Lost World

De met jungle overwoekerde binnenlanden van Venezuela spreken al eeuwen tot de westerse verbeelding. Ze leveren wilde verhalen op over nog levende dinosauriërs, sjamanen en boze geesten. Wie één blik werpt op het buitenaardse landschap, met zijn dreigende tafelbergen en immense watervallen, weet waarom.





 




Tekst: Auke Hulst, Fotografie: Hadewych Veys



The Lost World



De piloot van het propellervliegtuigje is een levende legende, al zou je het niet zeggen. De pensionaris heeft een flodderig t-shirtje aan en zijn kromme benen zijn gehuld in zwarte Wrangler-jeans. Met enig aplomb is hij de open eethut binnengesjokt. We zitten nog aan de lunch – hij gebaart ons rustig aan te doen. Slingerend in een hangmat begint hij uit te wijden over de tijd dat hij op IJsland vloog, op de NATO-basis op Groenland, op Goose Bay in Canada. Nu vliegt hij voor de lol naar de diepe binnenlanden van Venezuela: een verbluffend stuk natuur op de grens met Brazilië en Frans-Guyana dat gedomineerd wordt door met jungle overwoekerde tafelbergen, klaterende watervallen en in de zon bakkende savanne. ‘Als je nog een foto wil maken van Angel Falls’, zegt hij, ‘scheer ik er straks wel even langs.’ Het is, met bijna een kilometer van top tot bodem, de hoogste waterval ter wereld. Met zijn duim en wijsvinger laat de piloot zien hoe dichtbij hij ons hoopt te krijgen. Als ik gelovig was geweest, had ik een schietgebedje gedaan.



Huis van kwade geesten

Het is een paar dagen eerder – we zijn zojuist gearriveerd in een dorp dat Kamarata heet. Het bestaat uit een missie, twee scholen, een dokterspost en een twintigtal huizen en hutten. In de verte doemt Auyán-Tepui, ‘het huis van kwade geesten’ op. Het is een toepasselijke naam. De imposante tafelberg lijkt een zwart kasteel dat door prehistorische wezens is gebouwd, maar dat sindsdien is verlaten en door onkruid is overwoekerd. Geregeld is de top gehuld in spookachtige wolken, alsof er iets te verbergen valt. Het plateau bereiken vergt vele dagen hiken. Tegelijk is de tepui een dreigende, altijd aanwezige nabijheid.

Op de stoffige landingsbaan staat Clemente te wachten, onze gids. Hij is een ernstige man met inheems bloed in de aderen – alleen indigenous people, legt hij uit, is het toegestaan in het uitgestrekte nationale park Canaima te wonen. Dit is het gebied van de Pémondon, die een taal spreken die Pémon heet. Clemente is van zijn afgelegen boerenakker aan komen rennen en verontschuldigt zich uitgebreid voor mogelijke misverstanden en ongerief. Er zijn geen misverstanden, er is geen ongerief. Clemente is een man met te veel kopzorgen.



 

 

Klik om te kijken of de papieren editie of de digitale editie nog beschikbaar is.