Vietnam - Waterworld
Een wereldwonder als Halong Bay trekt bezoekers genoeg, maar laat je daardoor niet tegenhouden. Zij zijn gemakkelijk af te schudden, waarna de sprookjesachtige voetroeiers en de drijvende dorpen van noordelijk Vietnam het al snel overnemen.
Tekst Salina Cornelisse, Fotografie Louise ten Have
Waterworld
Rijen dik liggen de rondvaartboten aan de steiger. Wonderlijke
bouwsels, zo op het eerste gezicht: een soort kruising tussen jonk
en piratenschip, alsof ze stuk voor stuk bij de studio’s van Walt
Disney van de werf zijn gegleden. Vooral de masten met nooit
gebruikte zeilen doen wat koddig aan, maar comfortabel zijn de
schepen wel, en ze torsen met gemak de duizenden mee die zijn
gekomen om een wereldwonder te zien dat Halong Bay heet. Veel
Chinezen vandaag, zo te zien. Dé massa-toerist van de toekomst,
keurig in het gelid en met het geld van de nieuwe economie brandend
in de designerhandtas. Giechelend klimmen ze via een wankele
loopplank aan boord, een grijnzend bemanningslid helpt graag – de
mannen met een greep bij de arm, de vrouwen niet zelden met een
onbehouwen arm om hun middel. Mijn boot, de Traleco, is van
hetzelfde type als waarop al die toeristen inschepen. Met op het
dek plastic stoeltjes van het formaat poppenhuis – Vietnamezen zijn
een klein en tenger volkje – die in de plakkerige hitte steevast
aan je kont blijven hangen zodra je op wilt staan. Geen overdadig
luxe betimmerde kajuit, maar wel een schip geheel en al voor mezelf
en dáár is ook veel voor te zeggen! Mijn schipper gooit los, net
als zijn collega’s die de onderdekse diesels walmend warm hebben
laten draaien, en een complete vloot maakt zich los van de kade.
Even vrees ik voor een massale vaartocht achter en naast elkaar
aan, maar na een paar mijl zijn alle boten uitgewaaierd en slechts
nog vage stipjes in de verte.
HALONG BAY
En dan? Tja, adembenemend: een ander woord is er niet voor. Alsof
je een oerlandschap van net na de Schepping binnenvaart. Steil en
loodrecht reiken de kalksteenrotsen van de vele eilandjes naar de
hemel. Als kathedralen, grijs en onbarmhartig; de wolkenkrabbers
van Moeder Natuur. Een prachtig contrast met het turqoise water en
van de luchten erboven had Rembrandt zelfs in zijn nadagen nog een
orgasme gekregen. Natuurschoon laat zich doorgaans maar moeilijk
beschrijven – je moet het zien en niks minder. De keuze om Halong
Bay op de lijst van Unesco-werelderfgoederen te zetten, is in elk
geval volstrekt boven elke twijfel verheven.
Klik om te kijken of de papieren
editie of
de digitale
editie nog
beschikbaar is.