No Go Namibië
Aan natuurschoon geen gebrek in Namibië. Aan diamanten ook niet, trouwens. Bovendien houden ze in het Sperrgebiet niet van pottekijkers. Over hebzucht en smokkelaars die de stenen uit het verboden gebied weten te loodsen. ‘Ik ken iemand die het is gelukt. Hij is een rijk man nu.
Tekst Salina Cornelisse , Fotografie Beelddragers
No Go Namibië
‘Je werd gewoon opgepakt en ondervraagd door de Sperrgebiet
Polizei,’ vertelde mijn opa. Als 13-jarige hing ik aan zijn lippen
wanneer hij zwaaiend met zijn wandelstok weer één van zijn wilde
verhalen over Namibië
vertelde. Dit Zuidwest-Afrikaanse land met haar verlaten witte
stranden, haar onvoorspelbare en gevaarlijke oceaan en de wilde
dieren maakte me razend nieuwsgierig. Maar met name zijn verhalen
over die delen van het land die voor het publiek waren afgesloten,
fascineerden me mateloos. ‘Wanneer je ’s nachts met de auto door
het verboden gebied reed, zag je diamanten zo groot als keien
fonkelen in het maanlicht.’ Eén keer is hij naar eigen zeggen uit
zijn auto gestapt. Maar hij had zich nog niet omgedraaid of de
politie stond al voor zijn neus om hem en zijn auto grondig te
inspecteren. Zelfs de inhoud van de benzinetank moest eraan
geloven. ‘Al had ik diamanten wíllen meenemen, ik kreeg er
gewoonweg de kans niet voor.’ Hij keek er haast verontschuldigend
bij. Alsof hij het ook niet kon helpen dat hij slechts mijn oude
opa was, in plaats van een oud vermogend man.
Dreigende taal
Inmiddels ben ik geen dertien meer, maar oud genoeg om mijn opa’s
wilde verhalen op waarheid te toetsen. Met een huurauto rijd ik
dwars door de woestijn van Namibië over de enige toegangsweg naar
het kustplaatsje Lüderitz; een oud, Duits koloniaal stadje dat
wordt omklemd door het Sperrgebiet – verboden gebied – en de
Atlantische Oceaan. Aan weerskanten van de lange weg niets anders
dan bergen zand met hier en daar een...
Klik om te kijken of de papieren
editie of
de digitale
editie nog
beschikbaar is.