Eeuwenoude indianen opgegraven
De best bewaarde archeologische vondst van de Cariben wordt eindelijk opgegraven. Zowel de afmeting als de waarde van de vondst - een eeuwenoud plein voor Indiaanse ceremonies in San Juan, Puerto Rico - verbaast de plaatselijke archeologen.
Al in 1985 werd bekend dat de locatie van archeologisch belang
is. Nu het land er nodig is voor een damproject, heeft het US Army Corps of
Engineers besloten de vondst uit te graven. Resten van een
eeuwenoude samenleving, de Tainos, kwamen aan de oppervlakte. De
Tainos waren een vertakking van de Arawak-indianen en leefden
tussen 600 en 1500 na Christus. De vondst bestaat uit een enorm
plein, mogelijk gebruikt voor wedstrijden of ceremoniën,
uitgehouwen figuren van mensen met kikkerbenen en graven waarin de
lichamen met het gezicht naar beneden en opgetrokken benen begraven
zijn. De vondst schijnt een nieuw licht op de leefwijze van de
Tainos. Het verschaft informatie over rituelen en
eetgewoonten.
New South
Associates, de archeologische organisatie die de uitgraving
coördineert, bezit volgens bezorgde wetenschappers in het land niet
de expertise die nodig is bij de uitgraving van de kwetsbare
vondst. De organisatie geeft inderdaad toe dat een schoffelmachine
al enkele prehistorische botten heeft gebroken. 'Maar', zegt de
woordvoerder, 'dat was bij een handmatige uitgraving ook
gebeurd.'