Het beste van Siberië in 10 foto's
Vlak voordat de wereld op slot ging was Columbus-fotograaf Pie Aerts getuige van de jaarlijkse migratie van de Nenetsen en hun rendieren, over de toendra van het Siberische schiereiland Jamal, dat letterlijk ‘einde van de wereld’ betekent. Al duizenden jaren trotseren de Nenetsen de kou en de stilte. Maar klimaatverandering en de groeiende vraag naar gas en olie brengt het voortbestaan van hun cultuur in gevaar.
Foto's en teksten: Pie Aerts
1. Nenetsen, een volk van rendierherders
Veel Nenetsen, de oorspronkelijke bewoners van de autonome regio Jamalië, zijn actief als rendierherder. Jaar na jaar, al duizenden jaren lang, steken ze met hun dieren de toendra over. In de zomer trekken ze zo’n 650 kilometer noordwaarts, naar de zomergronden op het Jamal-schiereiland, en in de winter zo’n 650 kilometer zuidwaarts, terug naar de wintergronden, aan de andere kant van de Golf van Ob. De herders reizen in kleine groepjes en volgen verschillende routes. In de zomer verplaatsen ze zich dagelijks en in de winter om de vijf dagen. De migratie van de Nenetsen lijkt in veel opzichten op die van de Sami in Lapland, en komt ook overeen met de transhumance, de jaarlijkse veetrek die nog steeds plaatsvindt in de Alpen, Balkan en Kaukasus. Vrijwel geen enkel inheems volk in het Arctische gebied is zo veerkrachtig als de Nenetsen. Onder het Sovjetbewind kregen ze te maken met religieuze vervolging en werden hun privé-eigendommen gecollectiviseerd, oftewel gemeenschappelijk verklaard. En ook daarvóór stond hun cultuur onder druk van de Russen. Ondanks alles wisten ze hun taal, levensopvatting en nomadische tradities intact te houden.
2. Het leven in de mya
De Nenetsen zijn veerkrachtig en robuust. De toendra is hun thuis, de rendierkudde hun leven. Er zijn nog zo’n 45.000 Nenetsen in Siberië. Toch zoeken ze elkaar niet graag op. Ze leven en trekken rond in kleine geïsoleerde groepen, niet groter dan één of twee families. Gezinnen wonen samen, kinderen, ouders en grootouders zorgen voor elkaar. Tussen de lange afstanden door leven ze in tenten van rendierhuid, die mya worden genoemd. Deze kegelvormige tipi’s hebben een omtrek van zes tot acht meter en worden ondersteund door ongeveer vijftig houten palen. De grootte van de mya is afhankelijk van het welzijn van de familie. Hoe rijker de leden zijn, hoe meer rendierhuiden ze hebben om de tent mee te bedekken. De mya ogen weliswaar eenvoudig, maar ze bieden warmte bij temperaturen tot -40 °C en zijn bestand tegen de zwaarste sneeuwstormen. Tijdens het migreren past het hele bouwwerk op de achterkanten van slechts twee sleeën, inclusief het centrale middelpunt, een oude roestige metalen kachel. Het ontwerp van de mya is duizenden jaren oud. Alle onderdelen zijn handgemaakt en worden tot in de puntjes verzorgd. Als alles eenmaal staat, is het een veilige, warme en gezellige thuisbasis. Een prachtig kunstwerk dat opgaat in de natuur.
3. Maak kennis met Vitaliy
Ontmoet Vitaliy. Twee keer per jaar leidt hij zijn gezin, waaronder zijn twee kinderen Lika en Radik, honderden kilometers door het noordpoolgebied, op zoek naar vers voedsel voor zijn familie en rendieren. Hij geeft de voorkeur aan kou boven warmte en stilte boven lawaai. Hij houdt niet van muggen of van praten over de toekomst en het verleden. In plaats daarvan brengt hij zijn tijd liever buiten door, in de aanwezigheid van God.
4. Op zoek naar stilte
In tegenstelling tot veel westerse culturen, waar stilte vaak angst inboezemt, doet het hier juist het tegenovergestelde. De Nenetsen zoeken de stilte actief op en waarderen haar op een andere manier. Als een vorm van respect voor God, elkaar en de natuur. Mannen brengen het grootste deel van hun tijd door in de buitenlucht, bij voorkeur alleen, ongeacht de omstandigheden. Tijdens mijn verblijf trof ik ze vaak leunend aan tegen een slee, of gewoon staand, starend in de verte, terwijl er een sneeuwstorm voorbijraasde. Ze ondergingen de ontberingen die de kou met zich meebracht, alleen maar om alleen te zijn met hun gedachten. Het is niet gebruikelijk om die stilte te doorbreken en een gesprek aan te gaan. De eerste dagen van onze reis brachten we hoofdzakelijk in stilzwijgen door. Pas toen de Nenetsen doorhadden dat ik de stilte waardeerde en respecteerde, stelden zij zich open. Niet makkelijk in het begin, maar naarmate de tijd vorderde, ontdekte ik de ware kracht ervan. Het deed me denken aan mijn tijd in de Himalaya, waar Tibetaanse monniken me een waardevolle levensles meegaven: de pure kracht van stilte is dat je, in de afwezigheid van ruis, pas echt jezelf kunt horen.
5. Geen woorden, maar daden
In het Nenets, de taal van de Nenetsen, zijn er geen woorden of zinnen als ‘dank je’, ‘het spijt me’ of ‘ik hou van je’. Zij uiten hun gevoelens liever in de vorm van acties. Over het verleden wordt gezwegen. De verleden tijd is de vergeten tijd, er is geen reden om terug te kijken. Later tijdens mijn verblijf bedacht ik me dat dit wellicht evolutionair bepaald is, en dat er, voor wie opgroeit in deze barre omstandigheden, geen behoefte bestaat aan emoties die niet essentieel zijn om te overleven.
6. De magie van een sneeuwstorm
Er is heel magisch en bevredigends aan sneeuwstormen. De zichtbaarheid vermindert, het bewustzijn neemt toe. Het leven vertraagt en onze wereld lijkt plotseling kleiner en intiemer. Opeens is er alleen nog maar het piepende geluid van de sneeuw onder je voeten en het geklop van je eigen hartslag. Maar het is de stilte die de meeste indruk maakt. Alsof die stilte iets te zeggen heeft.
7. Het lokale dieet
Het dieet van de Nenetsen bestaat uit twee hoofdbestanddelen: rendiervlees en vis. Voordat de winter zijn intrede doet wordt het vlees en de vis ingevroren in de grond, zodat de voorraad lang genoeg strekt. Twee keer per jaar reizen ze naar de dichtstbijzijnde stad om brood, boter, suiker en boodschappen te halen. Ook dit wordt ingevroren tijdens de winter. Elke dag rond vier uur gaat de vrouw des huizes naar buiten om wat vlees, vis of brood uit de grond te halen en te koken.
8. It's a woman's world
In de Nenetsencultuur rust het huishouden, waaronder het koken en het zorgdragen voor de kinderen en honden, op de schouders van de vrouwen. Sterker nog, het is voor mannen verboden om het werk van de vrouwen te doen. In plaats daarvan brengen ze hun tijd buiten door in de zinderende kou. Daar houden ze zich bezig met het verzorgen van de rendieren en het verzamelen van hout. Slechts een paar keer per dag betreden ze de mya voor hete thee en brood.
9. De teloorgang van de Nenetsencultuur
Op het eerste oog lijkt het alsof de Nenetsen zich onttrekken aan first-world problematiek, en dat is deels ook waar. Toch voeren ook zij een strijd tegen krachten van buitenaf. Hoewel de Nenetsen aan de rand van de industriële samenleving wonen, behoren ze tot de eersten die de directe gevolgen van klimaatverandering ondervinden. Warmere zomers zorgen voor een dichtere struikgroei op de toendra waardoor het elk jaar moeilijker wordt om de rendierkuddes te verzamelen en te verplaatsen. Meren en rivieren smelten vroegtijdig, waardoor traditionele migratiepatronen niet meer opgevolgd kunnen worden. Sommige delen van de permafrost, die de Nenetsen oversteken tijdens de migratie, zijn alleen in de koudere maanden toegankelijk of zelfs opgehouden te bestaan. Snelle schommelingen in de temperatuur kunnen ervoor zorgen dat regen bevriest, waardoor het mos waarvan de rendieren afhankelijk zijn, wordt bedekt door een dikke en vaak ondoordringbare laag ijs, met als gevolg dat hele kuddes rendieren sterven. Naast klimaatverandering zorgt ook de grootschalige winning van olie en gas voor desastreuze gevolgen. De wegen, spoor- en pijplijnen die worden aangelegd om de fossiele brandstoffen te verplaatsen, verstoren of blokkeren de eeuwenoude migratieroutes en zorgen voor extreme vervuiling. Veel jonge Nenetsen zien door dit alles geen kansen meer op hun voorouderlijk land en verhuizen naar de steden, waar ze vaak moeite hebben met integreren en daardoor te maken krijgen met werkloosheid, sociaal isolement en alcoholisme. Het heeft er alles schijn van dat deze effecten de komende jaren zullen toenemen, aangezien de regio het doelwit blijft van ontwikkeling en de winning van olie en gas. De trek naar de stad, en de teloorgang van de Nenetsencultuur, zal niet stoppen. Tenzij er meer internationale druk komt op de eindeloze exploitatie van de natuur.
10. Een superieure levenswijze waar wij nog van kunnen leren
Het is opmerkelijk hoe de Nenetsen, zonder enige vorm van
financiële of sociale zekerheid, in vrede en balans weten te leven.
Er is geen droom om na te jagen, geen zin van het leven om te
ontdekken en geen verwachtingen om in te lossen. Wat er wél is, is
stilte en ruimte om met elkaar te zijn. Om voor elkaar te zorgen.
Mijn tijd met de Nenetsen zette me dan ook wederom aan het denken.
In de afgelopen jaren had ik het geluk dat ik veel tijd mocht
doorbrengen in afgezonderde gemeenschappen en de voornaamste les is
altijd dezelfde: ‘echte’ beschaving is niet hoe wij het in het
westen definiëren. Beschaving is geen stromend water,
elektriciteit, comfort, veiligheid, rijkdom of bezit. Beschaving is
juist het leren leven in de afwezigheid van al die zaken. Het leren
leven in discomfort. Het is de manier waarop nomadische
gemeenschappen een
intieme relatie hebben met hun natuurlijke leefomgeving, met
hun eigen menselijke geest en met elkaar. De leefwijze van inheemse
volkeren is in mijn ogen dan ook in veel opzichten superieur aan de
rest van de wereld. Superieur aan onze eigen identiteit, die
geblinddoekt lijkt door een onuitputtelijke hebzucht en gepaard
gaat met de eindeloze exploitatie van de aarde. Er is zo veel dat
we van deze mensen kunnen leren, voordat het te laat is en ze voor
altijd van de aarde zijn verdwenen.
Nog meer reisinspiratie? Volg Columbus Travel op Facebook en/of Instagram en meld je aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief!