Columniste Simone is bevoorrecht: 'This is life...'
Simone Eckhardt, oprichter en directeur van Stichting SPOTS, een organisatie die zich inzet voor bedreigde, wilde katachtigen, reist de hele wereld over. Voor Columbus pent ze haar opmerkstelijke reiservaringen neer.
This is life...
Ik ben op werkbezoek in Zuid-Afrika. Omdat ik diverse afspraken heb, heb ik gekozen voor een kleine accommodatie die overal zo ongeveer halverwege ligt. De eigenaren hebben ervoor gekozen om hun gasten dagelijks ontbijt te brengen op de kamer. Slim, want dat voorkomt een buffet en de daarbij horende kosten.
Elke dag komt een jonge vrouw mijn ontbijt brengen. Ik schat haar op zo’n 35 jaar en in mijn gedachten noem ik haar ‘Zonnestraal’. Ze straalt namelijk altijd als ik haar zie, vooral veroorzaakt door haar enorme glimlach. Geen gemaakte glimlach, maar een echte glimlach. Ze heeft zo’n aura dat ze in innerlijke rust is en in evenwicht met zichzelf en de wereld om haar heen. Dat soort mensen tref ik niet vaak en ik ben zelf ook niet echt het toonbeeld van evenwicht. Dus automatisch fascineert ze me.
Een paar dagen is ze er niet en ik denk bijna dat ik haar ga missen. Op de dag van mijn vertrek meldt ze zich echter weer. Met een mega ontbijt. Goodbye breakfast, zegt ze. Ik raak met haar in gesprek. Ze vertelt me dat ze oorspronkelijk uit Zimbabwe komt. Ze is daar door de politieke situatie weggegaan toen ze 18 jaar was. Ze is nu 38. Haar man is hier ook, maar haar twee kinderen leven in Zimbabwe. Ze ziet ze eenmaal per jaar. Ze vertelt me dat ze zoveel mogelijk geld opstuurt naar Zimbabwe, zodat de kinderen een toekomst hebben.
Ik heb dit soort verhalen eerder gehoord en heel vaak werden die verteld met één doel; mij, de rijke ‘toerist’ geld aftroggelen. Iets wat ik ze niet kwalijk kan nemen. Maar Zonnestraal heeft geen intenties. Althans, ik voel geen verborgen agenda. Ik vraag haar of ze haar kinderen en land niet mist. Ik weet dat Zimbabwanen het moeilijk hebben in Zuid-Afrika. Ze zijn gewilde werkkrachten, maar dat maakt ze bij de lokale bevolking niet populair. Ze knikt bevestigend. Ik mompel dat dat wel heel vreselijk moet zijn. Ze kijkt me wat verbaasd aan, haalt haar schouders op en zegt: This is life.
Als ik wegrijd, passeer ik de sloppenwijk waar zij en haar man zeer waarschijnlijk leven. Aluminium platen als dak die ervoor zorgen dat het daar binnen gloeiend heet moet zijn. Ik rijd erlangs en voel schaamte. Ik ben een bevoorrecht mens. Daar heb ik niets voor hoeven doen. Ik ben toevallig geboren in Nederland. En niet in Zimbabwe.
Soweto
is de sloppenwijk van Johannesburg
(Foto:
Reisreporter Ido)