Vreselijk: Bolsonaro opent jacht op inheemse stammen image
Lkoedam

Vreselijk: Bolsonaro opent jacht op inheemse stammen

De nieuwe president van Brazilië, Jair Bolsonaro, heeft vlak na zijn aantreden de jacht geopend op Braziliaanse stammen. Columbus had onlangs nog een prachtige ontmoeting met de Kalunga tijdens een reportagereis in Brazilië.


Chapada dos Veadeiros was de reisbestemming (Foto: Marc van Kessel © Columbus Travel)

Grondstoffen winnen in de Amazone en landbouwgrond pakken ten koste van de inheemse stammen: een greep uit de maatregelen waarvan ons Columbus-hart huilt. Bolsonaro wil dat het ministerie van Landbouw voortaan bevoegd is voor de afbakening van de gronden die aan de inheemse bevolking, voornamelijk indianen, worden toevertrouwd. Volgens Braziliaanse media wordt dit ministerie sterk beheerst door de agrarische industriesector, en zullen de inheemse stammen moeten verdwijnen.

In het Braziliaanse park Chapada dos Veadeiros kregen Columbus-reporters Ynske Boersma en Marc van Kessel een overgetelijke ontmoeting met de Kalunga, afstammelingen van voormalige Afrikaanse slaven.

Onontdekt stukje Brazilië

Het is vijf uur en de Cerrado, de tropische savanne van Brazilië, is nog donker. Boer Joaquim zet zijn eerste koffie van de dag, sterk en zoet als altijd, en kleedt zich aan.

Twee overhemden met scheuren en vlekken over elkaar heen, een te wijde broek zonder knoop. Tot slot een paar blauwe Havaiana-slippers aan zijn verweerde voeten, een vervaalde zonnehoed op zijn kortgeknipte witte kroeshaar, en dan is het tijd om te gaan. Bijna rennend gaat hij de steile heuvel op die het dorp scheidt van zijn land, ongedurig omkijkend naar de niet-zo-getrainde reisjournalisten die hem nauwelijks bij kunnen houden. ‘De bonen zijn klaar om geoogst te worden,’ verklaart hij wanneer we zijn aangekomen op zijn heuvelachtige stuk grond, omringd door de bergen van de Cerrado. Kortom, Joaquim wil beginnen.

Joaquim is een Kalunga, een afstammeling van de voormalige Afrikaanse slaven die hier zo’n 250 jaar geleden een veilig heenkomen zochten, op de vlucht voor hun slavenhouders. Het was de tijd van de Braziliaanse gold rush, en bij gebrek aan mankracht verscheepten de Portugezen duizenden Afrikanen naar het binnenland van Brazilië om ze daar aan het werk te zetten in de goudmijnen. Degenen die erin slaagden te ontsnappen verstopten zich diep in de Cerrado, waar ze door de dichte begroeiing en de steile rotsachtige zo goed als onvindbaar waren voor hun Portugese uitbuiters. Zó onvindbaar dat het nog 250 jaar zou duren voordat de Kalunga ontdekt zouden worden – in de jaren zestig van de vorige eeuw.

Joaquim was al een jaar of twintig toen die buitenwereld zijn gemeenschap, met de naam Engenho 2, ontdekte. Hij groeide op zonder elektriciteit, zonder wegen, zonder ooit naar school te gaan. ‘Ik kan met moeite mijn eigen naam schrijven,’ zegt hij en trekt diep aan zijn pijp, in een hutje met een palmbladerdak waar hij tijdens de heetste uren van de dag uitrust van zijn werk op het land. De enigen met wie de ex-slaven wél in contact kwamen in al die jaren, waren de inheemse stammen van het binnenland.

De cultuur van de Kalunga is door die lange afzondering een bijzondere mix van Afrikaanse, koloniale en inheemse elementen. Ze geloven diep in Jezus, dansen Afrikaans, en bewerken het land zoals ze dat van de indianen leerden. Zonder pesticiden, zonder de grond uit te putten. Al gaat dat nu wel iets moderner dan vroeger, zegt Joaquim, en pakt een apparaat tevoorschijn dat nog het meeste lijkt op de afvalraper van corvee op de middelbare school. ‘Kijk, hiermee kan ik meerdere zaadjes tegelijk planten,’ zegt hij trots, terwijl hij het vooroorlogse apparaat demonstreert.


#nofilter. Bij het dorp Engenho 2 ligt dit natuurzwembad (Foto: Marc van Kessel © Columbus Travel)

Broeders van God

’s Avonds eten we gefrituurde vis, stoofkip, rijst, cassave en salade uit de met hout gestookte keuken van het buurtrestaurant, waar de gebochelde eigenaar zich heeft opgedoft met een zondags pak en een geurtje voor de mis die avond. De Portugezen zijn rigoureus geweest met zijn Afrikaanse voorouders, bij wie het christelijke geloof er is ingeramd tijdens de slaventijd. ‘Wij zijn allen broeders van God,’ zegt de man plechtig, de bijbel in de hand, voordat hij naar de pinksterkerk vertrekt.

´Het zou soms generaties duren voordat slaven erin slaagden weg te lopen, daarom is het katholieke geloof hier zo sterk,’ zegt André Azevedo Praude, de man van Izabel en onze gids in Eugenho 2. ‘Ook hielden ouders op met het doorgeven van Afrikaanse cultuur aan hun kinderen, omdat ze een andere toekomst voor hen wilden, zonder onderdrukking.’

Inmiddels zijn de Kalunga juist trots op hun achtergrond als afstammelingen van slaven, en op de cultuur die ontstond in de eeuwen dat hun gemeenschappen geïsoleerd in de Cerrado leefden, en nog steeds leven. ‘Ik heb dan wel niet kunnen studeren, maar toch komen onderzoekers hier naartoe om van onze eeuwenoude kennis te leren,’ zegt Joaquim, terwijl hij een peul opensnijdt en daar prachtige roze boontjes uithaalt. Zijn andere dochter, Joanilde, is het met hem eens. ‘Ik ben er trots op dat we hier in vrijheid leven, zonder te worden uitgebuit, zoals in de stad nog steeds gebeurt. Hier produceren we ons eigen biologische eten, hebben we schoon water, schone lucht. Het is een goed leven.’

Lees de gehele reportage over Brazilië in editie 77.