Wat je ook doet, niet rennen! image
Lkoedam

Wat je ook doet, niet rennen!

Verreweg het populairste vervoermiddel voor een safari is een safariwagen, waar je op veilige hoogte zit. Maar er is een andere, directere manier om wild zoals leeuwen, buffels, luipaarden en olifanten te ervaren: te voet. Langere wandelsafari’s zijn zelfs dé nieuwe trend. We zetten het op een lopen in drie wildgebieden in de ondergewaardeerde Zuid-Afrikaanse provincie Limpopo. Deze zijn landschappelijk al zo bijzonder dat het tegenkomen van wild enkel de kers op de taart is.



De giraffe zal minder snel wegrennen als je hem te voet tegenkomt in plaats van dat je in een safariwagen zit (Foto: Louise ten Have © Columbus Travel)



Als in een flashback zie ik het YouTube-filmpje voor me van een nietsvermoedende man die rustig buiten zijn safarilodge zit en onverwacht visite krijgt van een gorillafamilie. Hij wordt gefilmd door de man die tegenover hem zit, en wat de film zo bijzonder maakt is dat de man blijft zitten. Óók als een van de gorilla’s zijn haar begint te inspec- teren op vlooien. Fascinerend − in zijn situatie had ik waarschijnlijk uit schrik de benen genomen, met alle gevolgen van dien. Deze man blijft kalm. Het is duidelijk dat hij snapt dat rustig blijven zitten zijn beste kans is om ongeschonden uit zijn penibele situatie te komen. ‘Wat je ook doet, niet rennen,’ zegt onze gids Matt tegen Louise en mij. We zijn net uit onze safariwagen gestapt om te doen waarvoor we hier zijn gekomen: middellange wandelsafari’s. Op eerdere reizen in Afrika hadden we reeds het geluk op enkele wandelsafari’s te kunnen gaan, maar dat waren kortere tochten. Als je een langere wandelsafari doet, bedacht ik me daarna, dan moet je zorgen dat de omgeving al zó mooi  is, dat het tegenkomen van wild eigenlijk slechts de kers op de taart is. Een extraatje dus. Dat gaat zeker op voor de plek waar we ons nu bevinden. Marataba is een 23.000 hectare groot privénatuurpark binnen het nationale park Marakele, zo’n vier uur rijden ten noorden van Johannesburg. Kenmerkend aan dit gebied zijn de vier- tot vijfhonderd meter hoge bergketens. De rode rotsen, bedekt met groen, domineren het landschap. Door de  valleien loopt de Matlabas-rivier, die op dit moment voor haar doen wild en groot is. Doordat het de laatste dagen niets dan geregend heeft, is de rivier zelfs zwaar buiten haar oevers getreden. Maar dat is nu niet onze grote zorg. Gids Matt gebaart ons dat we achter hem en collega Danell moeten gaan lopen. ‘Gek genoeg komt het gevaar altijd van voren,’ zegt Matt. Tijdens onze eerdere wandelsafari’s liep er altijd iemand voorop én iemand achterop, bedenk ik me, maar misschien is dat nu niet het geval omdat we slechts met zijn vieren lopen. Ik merk dat mijn zintuigen op scherp staan. Hoe anders is het om op ooghoogte met het wild te lopen in plaats van op veilige hoogte vanuit een safari- wagen. Dat mag dan wel de populairste manier zijn om op safari te gaan, maar dít is echt een ervaring. Een belevenis.



Voor de kick of adrenaline?



Tijdens onze vorige safariwandeling hoorden we het verhaal van een vrouw die was gaan rennen toen een olifant dreigde op haar reisgroep af te komen. De vrouw ging er in paniek in haar eentje vandoor. De olifant rende toen meteen achter haar aan en zo geschiedde dat de gids het dier moest neerschieten. Het was voorpaginanieuws in alle kranten. Nu ik hier ben merk ik dat het gemakkelijk is om in het moment te blijven door al mijn zintuigen te gebruiken. Achter elke struik, achter elke boom, kan immers een Big Fiver liggen: een leeuw, buffel, luipaard, neushoorn of olifant. De term ‘Big Five’ is oorspronkelijk afkomstig van jagers (het waren de moeilijkste dieren om te voet op te jagen), maar ik heb  het gevoel dat we hier eerder prooi zijn dan jager. De rollen zijn dus omgedraaid. Voordat we verder lopen bedenk ik nog even waarom ik dit doe. Niet omdat ik uit ben op de kick of adrenaline, maar om mij één te voelen met de natuur en alles wat erin leeft. En om me in te leven hoe het vroeger moet zijn geweest.