Mijn wilde honden trauma
Mijn wilde honden trauma
Tip: koop nooit een nieuwe camera vlak voordat je op vakantie gaat.
Het begon allemaal zo onschuldig. Het nemen van een paar leuke vakantiekiekjes met behulp van een goedkoop cameraatje en fotorolletjes. In de loop van de jaren is er echter heel wat veranderd. Hoe vaker we op reis gingen, hoe belangrijker de foto’s werden. Het zijn voor ons immers de belangrijkste souvenirs van het land. Zo was ik helemaal in mijn nopjes met de komst van de digitale camera. Nooit meer met vijftien fotorolletjes op pad. Nooit meer jezelf afvragen of je die ene foto nog wel zal maken, want je hebt al vijf foto’s van dat gebouw gemaakt en nog maar twee fotorolletjes over. Nooit meer ergeren aan die lompe toerist die jij net de ruimte hebt gegeven om een mooie foto te maken, maar vervolgens net op het moment dat jij dezelfde foto maakt door je beeld heenloopt. Nee, onbeperkt wegklikken met een
digitale camera, hoe heerlijk is dat!
Maar er veranderde meer. Hoe meer foto’s ik maakte (en dat gaat heel snel met zo’n fijn digitaal cameraatje), hoe handiger ik er in werd. Hier en daar wat uitproberen, ander standpunt, andere lichtinval… Zo werd ik langzamerhand kritischer richting mijn eigen foto’s en mijn cameraatje. Ik wist het zeker, ik was toe aan de volgende stap. Een digitale spiegelreflexcamera zou nog meer mogelijkheden tot mooie foto’s opleveren. Maar ja, zo’n enorme camera meesjouwen op wereldreis leek ons niet heel handig, dus we zouden wachten tot na de wereldreis. We waren nog niet geland op Schiphol of de aankoop van een spiegelreflexcamera kwam alweer in mijn gedachten op. Gezien onze financiële situatie na de wereldreis, behoorde het kopen van een nieuwe camera echter nog niet tot de mogelijkheden.
En dan gaan we weer op vakantie, voor de eerste keer op safari in Zuid-Afrika. Zou het niet fijn zijn om op safari te gaan met een prachtige gloednieuwe digitale spiegelreflexcamera? Nog even wachten, want misschien is er na de zomer nog een leuke aanbieding… Uiteindelijk ben ik drie weken voor vertrek in het bezit van mijn ‘droom’ camera en mijn geluk kan niet op. Op de enige vrije weekenddag die we nog hebben, haasten we ons het bos in om een beetje te oefenen. Een paar uurtjes drukken op alle knopjes en hij mag mee op vakantie...
Met hooggespannen verwachtingen rijden we Kruger National Park in. Wat zullen we gaan zien? We turen de horizon af, Twan achter het stuur van onze huurauto en ik met mijn dierbaarste bezit inclusief telelens op schoot. Tien minuten later zien we een aantal auto’s stil staan. Het is even zoeken waar de toeristen naar kijken. Het hoge gras, de bosjes en de bomen maken het er niet makkelijker op. Ja, daar! Daar komt een wilde hond aanlopen. Een wilde hond, een van de moeilijkst te spotten beesten van Kruger! Hij loopt naar de plek waar een kleine groep ligt te rusten. Geen moment te verliezen. Ik pak mijn camera en begin foto’s te maken. Als de hond is gaan liggen, bekijk ik mijn foto’s. Stuk voor stuk niet scherp, de camera heeft overal op scherpgesteld (op elk klein pietlutherig takje en blaadje), maar op de wilde hond. “Je hebt ‘m ook op autofocus staan, muts”, zegt Twan lichtelijk geïrriteerd. Dus zet ik ‘m braaf op manual focus. En dan is het maar hopen op nog een kans. Minuten later tilt een van de wilde honden zijn kop op en kijkt zelfs even in de richting van de geparkeerde auto’s. Poging twee. Hoe doe ik dat, met die manual focus? Hm, nu draai ik aan het verkeerde wieltje. K**, waar is die wilde hond nou gebleven? Oh, daar is ie. Maar waar zit dat k** wieltje? Ah, dit is het goede wieltje. Zo doe ik dat dus. Ik heb nog net genoeg tijd om een paar foto’s te maken. “En?”, vraagt Twan. “Ja, ik heb een goede foto”. Pff, dat was op het nippertje. Ik moet denken aan de afspraak die we ooit met elkaar hebben gemaakt. Het belangrijkste is dat we alles met eigen ogen zien, foto’s komen op de tweede plaats. Dat was tot deze groep wilde honden, want wilde honden moeten gewoon goed op de foto.
We wachten nog een tijdje, maar de wilde honden verroeren zich niet meer. Uiteindelijk besluiten we om door te rijden. Diezelfde avond kunnen we niet wachten om de gemaakte foto’s van onze eerste safaridag eens goed te bekijken op de computer. Samen kijken we naar het beeldscherm waarop de wilde honden verschijnen. Even is het stil. Dan komt de uitroep van Twan: “De foto’s zijn niet scherp, ze zijn allemaal niet scherp!”. Ik ben verbaasd. Hoe kan dit nou? Heb ik teveel bewogen met de telelens? Of heb ik ondanks mijn bril toch een restafwijking aan mijn ogen? Daarna komt de shock. De foto’s zijn mislukt en diep in mijn hart weet ik dat ik deze vakantie niet nog een kans krijg om wilde honden op de foto te zetten.
Nog steeds als ik de foto’s zie, baal ik enorm, maar ik kan er gelukkig inmiddels ook om lachen (we hebben de wilde honden immers wel goed met onze ogen gezien). Het was de eerste keer dat ik gebruik maakte van de manual focus en schijnbaar was het voor mij even wennen. De rest van de vakantie ging het prima, maar ja, de wilde honden kwamen niet meer. Nu ben ik thuis aan het oefenen en ga ik binnenkort starten met een cursus. Door schade en schande wordt men wijzer.