Kaapstad
Een droom-moment
Kaapstad glundert in de zon als we worden ingevlogen. Galante jongens die zo graag je koffer dragen, de lekkere auto die klaar staat, de vlinders in mijn buik begeleiden ons vlot richting The Waterfront waar we zullen logeren in Het Victoria en Alfred Hotel. We vinden het snel en jawel, ondanks de warmte, driedelige kostuums die de bagage en de auto op de goeie plek brengen en ons weer eens het gevoel geven dat wij de lang verwachte gasten zijn.
Prachtige kamers met een lief uitzicht op de haven, de terrassen en vrolijke toeristen.
We zien de Tafelberg, die we zo snel mogelijk gaan beklimmen.
Kaapstad is overspoeld met toeristen en dagjesmensen aangezien er deze zondag een groot fietsevenement wordt gehouden, een tocht van 200 km waar sportievelingen uit de hele wereld naar toe komen. Thuis was ik er al voor gewaarschuwd door een aardige vent die hier in Kaapstad is geboren en elk jaar terugkeert om deze tocht te fietsen. "Pas op dat je niet vast komt te zitten in het verkeer" was zijn goede raad. Wij willen wel een ritje maken maar eerst gaan we een blokkie rond en belanden natuurlijk onder een parasolletje met Kaapse witte wijn en visjes met patat.
In de hele stad is geen kamer meer vrij, een invasie van fietsbroeken beheerst het straatbeeld wij komen die dag nog muurvast te staan op weg naar het strand.
Overal files en dranghekken, een gewaarschuwd mens telt voor 4 in dit geval maar Henk parkeert op een priveplek bij een flat en wij pikken een boulevaartje om de benen even te strekken op deze zonnige dag.
Wij kijken naar de tobbers die zich langs de dranghekken voortslepen. Alles wat echte kuiten heeft is al gefinished wat nu nog fietst maakt een uitgewoonde indruk. Als de benen gestrekt zijn vinden we een tafeltje in de zon waar ze ook lekkere wijn hebben en de eerste dag eindigt in de heerlijke bedden van de Mountain King Rooms. Het ontbijt is buiten aan de waterkant en daarna klimmen we allemaal naar boven op de Tafelberg.
Onze lieve Heer zorgt voor de mooiste dag van het hele jaar en als we 's avonds uit de folder stappen zuchten we aan het diner "wat hebben we toch een rotleven".
Durban:
Gelukkig loodsen de borden ons snel rond Durban maar we vangen nog wel een paar tafereeltjes op van de vuilstortplaatsen waar mensen op wonen in kartonnen dozen en wrakhouten hutjes. Wat een ellende. Je schrikt er toch weer van.
We zijn het snel voorbij om al langs de kust te rijden naar Christmas Bay Umhlaly!
Rond drie uur komen we aan op het goede adres, het laatste stuk door die lieve dorpjes is de moeite waard, heel mooi. De B & B van Brigitte Starr is een prachtig grasveld hoog boven het strand. Stilte behalve het geluid van de golven. Brigitte is nergens.
De pakkies gaan uit en de zwembroeken aan, in een barretje buiten vinden we iets te drinken, er staan stretchers en we vallen in de zon in slaap.
Op zeker moment komt the lady of the house zich met ons bemoeien, tegen die tijd barsten we van de honger en krijgen we het advies 5 km terug langs de kust te rijden om daar te eten. "Om moeilijkheden te voorkomen" zegt ze, "parkeer de auto boven en loop door het hotel naar het restaurant".
Deze goede raad knopen we flink in de oren, het is al donker als we gaan rijden. Onderweg zien we de lokale bevolking op blote voeten dezelfde kant op gaan en na wat gezoek vinden we de plek.
Wat wel en niet gebeurde bij Shaka's Rock.
We rijden bij het hotel voor om de auto te parkeren maar worden door een slagboom tegengehouden, als die omhoog gaat komen we op een zandpad dat steil naar beneden gaat, dieper en dieper tot op het strand. Het geeft ons een onbehagelijk gevoel, aardedonker met flarden muziek, tot plotseling witte tanden in een donkere grijns, ons portier wordt opengerukt en als we in de duisternis het strand opstappen is er ineens een schaduw die Johan opzij duwt. Conny gilt, Henk grijpt Ron's stok en slaat in het donker iemand hard op zijn kop. Overal geluiden die we niet thuis kunnen brengen. Mij wordt de camera uit handen geslagen en mijn tas scheurt van het hengsel af. "Ron"! scheurt het door de nacht Henk duwt mij tegen de grond en intuïtief blijven we stil tegen een zandwalletje liggen. Op dat moment wordt de huurauto gestart en in het vage schijnsel stuitert de auto het pad op naar boven.
Daar staan we dan, geen manhaftige toeristen maar ontredderde toeschouwers op een ver en verlaten strand. Geen houvast zonder tas en sleutels, geen auto of creditcards, niks om onze waardigheid te waarborgen!
Even Apeldoorn bellen?
Dit is helemaal niet gebeurd allemaal natuurlijk maar mijn fantasie sloeg een beetje op hol daar. Er was iets in de lucht dat vreemde dingen deed met ons veiligheidsgevoel.