Awash National park
Awash National park
Wild- en natuurparken in Ethiopie
…De Ethiopische wild- en natuurparken hebben veel schade ondervonden van de vele etnische oorlogen en de steeds terugkerende hongersnoden.
Mensen op de vlucht voor de oorlog zijn uit ‘pure’ nood in deze rustige gebieden gaan wonen. De wet van Behoud van het Wild die ooit gemaakt is werd nauwelijks meer toegepast. Hongerige mensen, stropers, jagers en rondtrekkende militairen hebben de wildstand flink uitgedund. Er zijn veel olifanten, giraffen en leeuwen doorgetrokken naar rustige gebieden onder andere naar het buurland Kenia. De nog aanwezige dieren zijn door de jacht schuw geworden en zullen zich niet zo gauw laten zien. Zo hier en daar trekt de wildstand (gelukkig) weer aan!
Awash National Park
Ongeveer 210 km vanaf Addis Ababa, ligt aan de doorgaande weg naar Assab, het Awash National Park. Het park heeft zijn naam ontleend aan de Awash. De rivier ontspringt in het noordwesten van Addis Ababa en stroomt voor een groot deel langs de zuidelijke grens van het park. Daarna stroomt de rivier door naar het noordoosten om uiteindelijk volledig op te gaan in de Danakil woestijn.
De oppervlakte van het park bedraagt 827 km². Overdag kan de temperatuur oplopen tot 42º C. In de nachtelijke uren ligt de temperatuur tussen de 10 en 20 º C. Regen kan er vallen tussen februari en april (belg) kleine regentijd en in juni en september (kremt) grote regentijd.
Het oudste nationale park in Ethiopië is ooit beschermd verklaard vanwege zijn fauna van droge grassavannen en open acaciabossen. Voorheen was het bekend om haar wild en was het park ooit het jachtgebied van keizer Haile Selassie.
De doorgaande weg en de spoorlijn naar Dire Dawa lopen door het zuidelijke deel van het park. Het park wordt daardoor als het ware in tweeën gedeeld.
In het deel van het park dat ten noorden van de weg ligt verheft zich het symbool van de regio, de vulkaan ‘Fantalle’. De top van deze krater ligt op 2007 meter. Ondanks de gassen die hier en daar soms nog uit de krater ontsnappen, is het een slapende vulkaan. De top van de Fantalle is te bereiken via een slechte rotsachtige weg van ongeveer negen kilometer. Eenmaal boven op de kraterrand heb je een prachtig uitzicht over de omgeving en in de krater. Daarna is het zeker nog anderhalf uur lopen om de bodem te bereiken.
Van de westelijker gelegen kleinere Sabober-vulkaan wordt verteld dat hij in jaar 1820 nog actief is geweest.
Aan de uiterste noordkant liggen de warmwaterbronnen van Filhowa. Het zeegroene water heeft een constante temperatuur van 36º C en borrelt op uit de bodem en vormt diepe poelen. Ze zijn omringd door een weelderige vegetatie waaronder doempalmen.
In dit gedeelte van het park bivakkeren nomadenstammen waaronder de Kereyou. Ze laten hier hun vee grazen ondanks dat het niet is toegestaan. Het is en blijft een voortdurende strijd tussen de overheid en de nomaden. De nomaden laten hier hun vee al sinds mensenheugenis grazen, ook al voordat het een nationaal park werd. Een lastige en moeilijke situatie dus.
Het noordelijke gedeelte kan alleen met een gewapende gids betreden worden. De Kereyou's kunnen soms 'vervelend' zijn.
De watervallen van de Awash liggen in het zuidelijke deel van het park. In het regenseizoen is het een grote woeste bruine rivier met spectaculaire watervallen van enorme breedte. Bij het uitzichtpunt van de watervallen kun je via een betonnen trap dicht bij de rivier komen. Het water valt schuimend met veel geraas naar beneden. In de droge tijd is de waterval minder indrukwekkend, kleine watervalletjes spetteren dan rustig naar beneden.
In dit gedeelte is ook het hoofdkantoor, een klein museum met opgezette dieren en enkele campingplaatsen te vinden. De campingplaatsen hebben geen voorzieningen. Er is een tapkraan waar water uit de Awash voor opgepompt wordt. Geen drinkwater.
In het park is een restaurant 'Kereyou Lodge'. Het ligt op de rand van de canyon. Vanaf het terras heb je een schitterend uitzicht op de diep gelegen Awashrivier met de oprijzende bergen van de provincie Harar op de achtergrond. De lodge heeft overnachtingmogelijkheid; er staan een twintigtal (verwaarloosde) caravans onbeschermd op een open vlakte.
Nabij een zwembad (buiten dienst) heb je een prachtig uitzicht op het punt waar de rivieren, Awash en Arba, samenvloeien.
In het park kun je het volgende wild tegenkomen: Swayne’s hartebeest, oryx, de grote en kleine kudu, waterbok, dikdik, wrattenzwijn, jakhals, hyena en kleine zoogdieren.
Leeuwen, luipaarden, caracals, servals en wilde katten worden ook, zo hier en daar in reisgidsen beloofd, maar worden zelden waargenomen. Vroeger (35 jaar geleden) kwamen de laatste drie voor, maar leeuwen en luipaarden hebben wij toen ook nooit gezien. De wildstand is enorm uitgedund door de jachtpartijen tijdens het regime van Mengistu. Het is nu herstellende, maar het gaat erg langzaam.
Er komen meerdere apensoorten voor waaronder de Anubis baboon en Hamadryas baboon. Deze bavianen hebben onderling sociale kontakten, wat zeer bijzonder is. Ze worden dan ook door geïnteresseerde biologen gevolgd en bestudeerd. Naast de gewone baviaan en meerkatten kun je er ook de prachtige Colobus monkey tegen komen.
Nijlkrokodillen en nijlpaarden leven in de Awash rivier. Ook komen er kleine krokodillen voor in de warmwaterbronnen.
Vogels zijn er volop, er zijn namelijk meer dan 400 verschillende soorten vogels waargenomen… (fragment uit mijn boek: ‘Dink nesh, Ethiopië, een belevenis’ 2007)
Vroeger toen wij in Metahara woonden waren we vaak in het park te vinden. Nu, keren we er regelmatig naar terug.
In 2003 was de wildstand nog bedroevend in vergelijking toen wij er woonden. We hebben toen één oryx en groep wilde varkens kunnen spotten. Natuurlijk is het ook een kwestie van geluk hebben, de juiste plaats enz. Gelukkig hebben we in het afgelopen jaar (2009) al meer wild gezien, onder andere: grote kuddes orexen, gazellen, kudu’s, varkens, dikdiks, grote schildpadden, krokodillen, bavianen. De vogels zijn niet te tellen.
Het park is een aanrader en een bezoek meer dan waard!! .