Vakantie in eigen land: op safari in de Veluwe
Denk je aan safari, dan denk je aan Afrika. Maar wist je dat je − praktisch om de hoek − óók in een terreinwagen door uitgestrekte zandlandschappen kunt crossen, in een daktent kunt slapen en de Big Five kunt spotten?
Zodra we Otterlo uitrijden wordt ons richtingsgevoel flink op de proef gesteld. Fotografe Marije van de Vlekkert zit achter het stuur van onze terreinwagen, terwijl ik, Pim Westenberg, de route probeer te ontcijferen. Op de ‘schatkaart’ die we meekregen staan twintig richtingsaanwijzingen, bestaande uit cryptische pijltjes om onze volgende afslag aan te kondigen. De stippellijntjes staan voor onverharde wegen. Vaak herkennen we de juiste afslag pas nét nadat we eraan voorbij zijn gereden. Maar verdwalen op dit soort wegen, in een van de mooiste delen van de Veluwe, is absoluut geen straf. Uiteindelijk moeten de aanwijzingen ons naar onze slaapplek leiden, een knus kamp in Afrikaanse stijl. Na een uur rijden over pittoreske asfalt — en landweggetjes stoppen we bij Kootwijkerzand, dat met een beetje fantasie de Sahara van de Veluwe is. Eeuwen geleden werd hier het oorspronkelijke bos gekapt en afgebrand om plaats te maken voor landbouwgrond en heidevelden. Door grazende schapen verdween ook de laatste laag bodemvegetatie, waardoor de wind het onderliggende zand kon opstuiven. Kootwijkerzand is nu zelfs het grootste stuifzandgebied van West-Europa.
Dit schouwspel verwachtte ik in de duingebieden aan zee, niet te midden van bossen in hartje Nederland. We slaan er een kleedje uit voor een korte picknick, waarna we weer in de auto stappen en via de Asschelse Heide naar onze eindlocatie rijden. De schemer valt als we aankomen bij ons kamp in Hoog Soeren, aan de rand van een weidse, open vlakte. Het kampvuur is al aan, net als de barbecue, en de lokale speciaalbiertjes liggen koud. Da’s nog eens een warm welkom! Als ik niet beter zou weten zou ik zweren dat we bij een luxe lodge in Afrika zijn aangekomen. We vouwen eerst de daktenten op onze terreinwagen uit, en ploffen dan neer op de boomstammen rond het vuur. Later op de avond worden we vergezeld door Jonathan Kleppe (28). Als bedenker van Teamtripper, de outdoororganisatie die verantwoordelijk is voor onze safari-ervaring, is hij net terug uit Botswana. Hij vertelt ons dat hij wel vaker naar Afrika gaat om inspiratie op te doen voor zijn eigen safarireizen in Nederland. Zo heeft hij daar de daktenten op onze 4x4 zorgvuldig uitgezocht. ‘Laatst was ik in het Zuid-Afrikaanse Krugerpark,’ zegt hij. ‘Echt waar, de savanne dáár lijkt ontzettend veel op het gebied waar jullie net de zonsondergang hebben meegemaakt. Alleen de diersoorten zijn hier anders.’
Slapen op het dak van een jeep, hoe Afrikaans wil je het hebben? Foto: Marije van de Vlekkert
Spoorzoeken voor gevorderden
De volgende ochtend gaan we op zoek naar de Big Five van de Veluwe: het edelhert, de ree, het everzwijn, de das en de vos. Sinds kort kan daar de wolf aan worden toegevoegd, die na bijna 140 jaar weer terug is van weggeweest. De wolf is te herkennen aan zijn rechte staart, donkere strepen over de rug en witte vlekken — een soort bakkebaarden —bij de bek. Nog voor zonsopkomst worden we opgehaald door wildlifegids Evert-Jan Harmsen (35) en gaan we op pad, om de recreanten die het gebied aandoen voor te blijven. Vanwege het vroege tijdstrip en gebrek aan rumoer laten de dieren zich beter zien.
Evert-Jan blijkt niet zomaar een wildlifegids. Hij gaf zijn baan als boswachter op omdat de administratieve rompslomp hem te veel werd. ‘Ik miste de persoonlijke klik met natuurliefhebbers,’ zegt hij. Hij is daarom voor zichzelf begonnen. Onder de ludieke naam ‘Burgemeester van Buiten’ verzorgt hij wildlife-excursies in de Veluwe, en werkt hij samen met Teamtripper. ‘Tijdens dit soort natuurtochten kan ik laten zien hóé waardevol dit natuurgebied daadwerkelijk is.’ Evert-Jan is duidelijk in zijn element als hij enthousiast voor ons uit holt. Driftig wijst hij naar een aantal afdrukken in de modder. ‘Dit is van afgelopen nacht,’ zegt hij opgewonden. De afdrukken hebben omgeploegde randen, en zijn nog zwart en vochtig. Ze zijn vermoedelijk achtergelaten door edelherten of reeën. ‘Kijk, daar is een volgende aanwijzing!’ wijst hij naar een groepje bomen verderop. Laag bij de grond is modder tegen de stammen aan gesmeerd, wat erop wijst dat hier wilde dieren met hun besmeurde lijven tegen de bomen hebben aan geschuurd. Het kunnen dassen of everzwijnen zijn geweest, maar er zijn méér sporen nodig om het zeker te weten. Evert-Jan begint nu de bodem af te speuren, en vindt al gauw een zwarte, stugge haar. Het uiteinde is gespleten, als een penseeltje. Dit is kenmerkend voor een everzwijn. ‘Je kunt op deze manier zó ontzettend veel lezen in het landschap,’ zegt hij.
Gids Evert-Jan toont het gewei van een ree. Er lopen enkele duizenden reeën rond op de Veluwe. Foto: Marije van de Vlekkert
We slaan een pad in en lopen verder de bossen in. Totdat we aankomen bij een open grasvlakte. Het duurt niet lang voordat Evert-Jan een nieuwe aanwijzing op het spoor is. Hij maant ons tot stilte. Ik heb geen idee wat hij heeft gezien, maar ik houd wijselijk mijn mond. Muisstil sluipen we achter hem aan. Een deel van de vlakte is omgeploegd door everzwijnen. Ik check meteen of de vele afdrukken zwart en vochtig zijn, maar het blijkt om oude sporen te gaan. We lopen verder langs de bosrand, zodat we minder opvallen. De kans is immers groter dat wild jóú eerst spot in plaats van andersom. Zelfs deodorantgeur wordt al op grote afstand opgemerkt. ‘Bijna niemand heeft het geduld ervoor,’ vervolgt hij. ‘Maar eigenlijk zou je gewoon eens twee uurtjes tegen een boom aan moeten gaan zitten op een open grasvlakte.
Dan komt het wild vanzelf langslopen.’ ‘Kijk, daar!’ fluistert Evert-Jan plotseling. In de verte doemt een groep van acht edelherten op. Dit is waar we op gehoopt hadden! De opkomende zon kleurt de lucht zachtblauw. De vergelijking met de Afrikaanse savanne is snel gemaakt. De edelherten krijgen ons al snel in de smiezen en rennen vluchtig het bos in. Ongeveer 2,5 uur later zijn we terug in ons kamp. Jonathan heeft in de tussentijd voor een ontbijtje gezorgd. Straks vouwen we de daktenten in en rijden we terug naar Otterlo. Ik heb de safarikriebels goed te pakken en ben erachter gekomen dat de Veluwe, ‘de Nederlandse savanne’, qua safaribeleving niet hoeft onder te doen voor beroemde, Afrikaanse wildparken. En dat op nog geen drie kwartier rijden van huis.
Fotografe Marije en schrijver Pim warmen zich op bij een zelfgestookt kampvuurtje. Foto: Marije van de Vlekkert
De plekken uit deze reportage
1. Startlocatie
In het plaatsje Otterlo haal je de sleutels van je Land Rover Defender op. Hier krijg je ook de routekaart en een mand met snacks en drankjes.
2. Kootwijkerzand
Grootste stuifzandgebied van West-Europa. Parkeer de auto gratis op de Houtvester van Het Hoffweg, en loop in vijf minuutjes naar de open zandvlakte toe.
3. Asschelse Heide
Een van de mooiste stukjes natuur. Parkeer de auto langs de Pomphulweg tussen Assel en Hoog Soeren, en plof halverwege neer op het bankje aan de linkerkant. Het uitzicht over de enorme heidevlakte is geweldig!
4. Slaaplocatie
Oprichter Jonathan huurt een particulier lapje grond aan de rand van de bossen en heide in Assel.
Kootwijkerzand, het grootste stuifzandgebied van West-Europa. Foto: Marije van de Vlekkert
Ook op safari?
Onze safari-ervaring in de Veluwe werd georganiseerd door Teamtripper. De jonge oprichter Jonathan liet zich inspireren door zijn reizen door Afrika, heeft hart voor de natuur en oog voor comfort. De complete tweedaagse ervaring kost € 199 p.p., maar de onderdelen zijn ook los te boeken. Het safarikamp is beschikbaar vanaf 6 personen.
Ben je een echte bosliefhebber? De Columbus-redactie heeft een complete pagina met leuke tips, wandelingen en verhalen over bossen in Nederland en daarbuiten voor je samengesteld. Plus: Stuur je favoriete bosfoto in en win een weekendje in een natuurhuisje in het bos en vele andere topprijzen!