In Reykjavik bezoeken we vlakbij het oude centrum de Hallgrímskirkja. Deze kerk is 74,5 meter hoog, en daarmee het hoogste kerkgebouw van IJsland. De kerk is vernoemd naar Hallgrímur Pétursson (1614 - 1675), een geestelijke en de grootste hymneschrijver van het land. De kerk is een bijzonder bouwwerk, van grijs beton met een bijzondere vorm en vanuit de wijde omgeving zichtbaar. Niet perse heel mooi, maar zeker een bezoek waard. Op internet lees ik dat de architect van de kerk, Guðjón Samúelsson, aan zijn ontwerp begon in 1937. Hij liet zich daarbij inspireren door de grote basaltpartijen die op IJsland te vinden zijn, zoals die bij de Svartifoss. De bouw begon uiteindelijk in 1945 en was pas 41 jaar later, in 1986, helemaal klaar. De architect Samúelsson was toen al 36 jaar dood.
In de kerk is een lift waarmee je naar de bovenste verdieping kunt gaan. Vanaf hier heb je geweldig uitzicht over de stad en de omliggende zee en bergen. Je staat hier boven achter de grote klok van de kerk.

Het standbeeld voor de kerk is van Leif Eriksson, zoon van Erik de Rode, de vermoedelijke eerste kolonist van Noord-Amerika. Het standbeeld werd in 1930 door de Verenigde Staten geschonken om het 1000-jarig bestaan van het Alþing te herdenken (het IJslandse parlement).